Als de eerste echte lentemaand is april de maand waarin de natuur weer in volle bloei komt te staan. Het is daarom ook logisch dat dit ook de Maand van het Natuurboek is! Om de natuur en het voorjaar te vieren, tipt de redactie van de Boekenkrant in dit artikel vier non-fictie natuurboeken over groene steden, de persoonlijkheden van vogels, en lange wandelingen.
Door Ilse van Oosten
Leven met vogels van Len Howard
Len Howard, het pseudoniem van Gwendolen Howard (1894 – 1973), was een Britse musicus gefascineerd door de natuur, en dan met name door vogels. In 2019 verscheen al een gefictionaliseerde biografie van deze bijzondere vrouw genaamd Het vogelhuis van Eva Meijer. Na een carrière als vioolspeelster besloot Howard een afgelegen huisje te kopen waarin zij als een soort kluizenaar het gedrag van vogels vastlegde. Haar tuin en huis zaten vol wilde vogels, wiens gedrag ze bestudeerde. Hoewel haar onderzoek door sommigen als amateuristisch werd afgedaan, geven Howards observaties een ongeëvenaard beeld van het gedrag van vogels in hun natuurlijke omgeving – gedrag dat soms verrassend menselijk is. Leven met vogels is het vervolg op haar boek Vogels als huisgenoten – allebei recentelijk naar het Nederlands vertaald –, en gaat dieper in op de individuele persoonlijkheden van de vogels en de band tussen haarzelf en haar ongebruikelijke huisgenoten.
Len Howard, Leven met vogels, vertaling: Irwan Droog, Uitgeverij Cossee, 256 pagina’s (€ 24,99)
Landlijnen van Raynor Winn
In haar eerdere boek, Het zoutpad, beschrijft Raynor Winn de wandeling die ze met haar man Moh aflegt nadat ze hun huis kwijtraken en te horen krijgen dat Moh een ernstige ziekte heeft. Ze hopen dat het eeuwenoude South West Coast Path – een tocht van duizend kilometer – ze weer dichter bij elkaar zal brengen en hun nieuwe moed zal geven. In Landlijnen, wat overigens losstaand van Het zoutpad te lezen is, vervolgen Winn en haar man hun tocht. Ditmaal gaan ze 1600 kilometer wandelen, van het noorden van Schotland naar het zuidwesten van Engeland. Wederom een boek vol prachtige natuurbeschrijvingen, ontberingen die Winn en haar man moeten ondergaan, en inzichten in de mens en onze onderlinge relaties.
Raynor Winn, Landlijnen, vertaling: Annemie de Vries, Uitgeverij Balans, 320 pagina’s (€ 23,99)
Stadsjungle van Ben Wilson
Terwijl de menselijke populatie groeit, groeien ook de steden exponentieel, ten koste van andere gebieden als bossen. Geschiedkundige Ben Wilson onderzoekt in Stadsjungle de geschiedenis van de natuur en de stad. Hoe gaan deze wel of niet samen? En hoe is de onderlinge balans verschoven? En Wilson kijkt niet alleen naar het verleden, maar ook naar de toekomst van de stad en de natuur. Hij kijkt op een nieuwe manier naar steden en hoe deze samen kunnen gaan met de natuur in de vorm van bijvoorbeeld meer planten, bossen rond kantoren, stadsboerderijen, om zo een duurzame toekomst en woonruimte te creëeren.
Ben Wilson, Stadsjungle. De natuur en de stad van het stenen tijdperk tot de klimaatcrisis, vertaling: Paul Janse Uitgeverij Spectrum, 304 pagina’s (€ 39,99)
Terloops-serie
Bij uitgeverij Van Oorschot verschijnt sinds 2020 de Terloops-reeks: kleine boekjes ter grootte van je broekzak waarin telkens een andere schrijver je meeneemt op een van hun wandelingen – ideaal om inspiratie uit op te doen of om mee te nemen op je eigen tour! Als recentste delen verschenen Omwegen van Thomas Heerma van Voss en Koude soep van Annelies Verbeke. In Omwegen maakt Van Voss tijdens een familieweek een wandeltocht door de Ardennen als enige onervaren wandelaar van het gezelschap, terwijl in Koude soep Verbeke twee zaterdagen alleen op pad gaat. Langs de branding wandelt ze van Panne naar Oostende en van Oostende naar Knokke, terwijl ze terugdenkt aan de rol die de zee in haar eigen leven en schrijven heeft gespeelt.
Thomas Heerma van Voss, Omwegen, Uitgeverij Van Oorschot, 72 pagina’s (€ 13,50)
Annelies Verbeke, Koude soep, Uitgeverij Van Oorschot, 64 pagina’s (€ 13,50)
