Interview John Boyne: Al dan niet schuldig

De Ierse wereldauteur John Boyne staat bekend om zijn historische verhalen. In Een ladder naar de hemel stoelt hij zich voor de verandering op zijn eigen ervaringen in de literaire wereld om een duister scenario uit te werken: wat gebeurt er als een jonge schrijver zijn ambitie boven alles stelt?

Door Mirjam Mulder

Erich Ackermann leidt al decennialang een afgezonderd bestaan, tot hij een belangrijke literaire prijs wint en er ineens om zijn aandacht gedongen wordt. Maurice Swift is een charmante jonge barman met grootse literaire ambities. Hij heeft talent, maar mist de fantasie voor een goed verhaal. Als hij merkt dat Erich als een blok voor hem valt, weet hij hem aan de praat te krijgen over zijn tijd bij de Hitlerjugend. Een verhaal dat voor Erich het einde betekent en voor Maurice het begin.

Intermezzo
Anders dan zijn vorige boeken heeft Een ladder naar de hemel een merkwaardige, gebroken structuur. Het bestaat uit drie hoofdstukken met elk een andere verteller, onderbroken door twee korte intermezzo’s. ‘Dat was niet vooraf gepland,’ vertelt Boyne, ‘gaandeweg merkte ik dat het verhaal daarom vroeg. Maurice is de hoofdpersoon, maar ik dacht dat het interessant zou zijn als de lezer hem door de ogen van verschillende mensen zou zien. Wel wist ik dat ik wilde eindigen met zijn stem, om de lezer de voldoening te geven om eindelijk te zien wie hij echt is. Ik wilde hem tot het eind een mysterie houden.’

De intermezzo’s waren een latere toevoeging. ‘Eerst had ik alleen de drie hoofdstukken met steeds een andere ik-verteller. Maar ik voelde dat er tussenstukken nodig waren met een alwetende verteller, zodat de overgang van de ene stem naar de andere niet te groot zou worden.’ In één van die intermezzo’s is een bekende verteller aan het woord: de Amerikaanse schrijver Gore Vidal. Volgens Boyne was dit het moeilijkste stuk om te schrijven. ‘Vidal is het enige personage in het boek dat echt bestaat, en hij was zo’n slimme en gevatte man. Ik moest echt goed mijn best doen om de dialogen zo geloofwaardig mogelijk te maken. Daarvoor heb ik me in zijn boeken en documentaires verdiept, om zijn manier van spreken en grappen maken in de vingers te krijgen.’

Door de verscheidenheid aan stemmen merk je als lezer goed dat er geen definitieve versie van de waarheid is; ieder personage beleeft de gebeurtenissen op zijn manier. Mede daardoor ontpopt het boek zich langzaamaan tot een psychologische thriller. Wiens waarheid kun je geloven? ‘Zeker nu met de sociale media, hebben mensen de neiging om anderen heel snel aan de schandpaal te nagelen. Je hoeft maar één verkeerd woord te gebruiken en opeens ben je de vijand. Er is geen ruimte meer voor nuance.’

De snelle veroordeling van de media betekende voor Erich het einde. Nadat Maurice zijn verhaal achter zijn rug om heeft opgetekend en aan de wereld getoond, is zijn carrière en zijn leven voorbij. En toch vraag je je als lezer af: was hij medeplichtig aan zijn eigen ondergang? ‘Ik denk dat Erich zijn hele leven zat te wachten tot iemand dat verhaal uit hem zou trekken. En als de wereld het dan eenmaal weet, voelt hij zich niet verraden door Maurice. Hij denkt gewoon: hier ben ik dan, ik beken mijn schuld voor wat ik heb gedaan en het is goed dat jullie dat weten.’

The Talented Mr. Ripley
In tegenstelling tot Erich voelt Maurice geen schuld. Voor zijn droom om een groot schrijver te worden begaat hij daden van kwaad tot erger. ‘Ik wilde kijken hoe ver ik kon gaan,’ zegt Boyne met een lach. ‘Ik verwachtte dat de lezer hem niet bepaald aardig zou vinden, maar wel intrigerend. Een beetje zoals in The Talented Mr. Ripley: je wilt zien hoe ver hij kan gaan, je wilt niet dat hij zich betert.’ De auteur had nog niet eerder over zo’n kwaadaardig hoofdpersonage geschreven, een uitdaging die hij met plezier aanging.

‘De enige goede kant die ik Maurice gaf, was zijn wens om vader te worden,’ verduidelijkt hij. ‘Ik dacht dat het de lezer zou verrassen dat hij zoiets menselijks zou willen. Natuurlijk pakt het niet uit zoals hij had gehoopt. Hij wilde de adoratie van het kind, zoals van de hele wereld. En kinderen adoreren hun ouder misschien voor een poos, maar op een gegeven moment sluiten ze zich op in hun kamer om videogames te spelen. Als Maurice moet kiezen tussen zijn identiteit als vader en als schrijver, dan kiest hij schrijver. Hij kan niet anders.’

Aan het eind van het verhaal is de metaforische cirkel rond als ook Maurice de gevolgen van zijn daden moet overzien. Boyne: ‘Het eerste en laatste stuk van het boek staan daardoor lijnrecht tegenover elkaar. Het dwingt de lezer zich de vraag te stellen: hoe veroordeel je iemand? In het geval van Erich: hij had als jongen geen keus om bij de Hitlerjugend te gaan. Wat hij toen deed was verschrikkelijk, maar hij was nog jong en had nog geen volwassen redeneringsvermogen. Is het terecht dat de hele wereld hem daarvoor veroordeelt, al die jaren later?’

Foto John Boyne: Chris Close

Boekgegevens

John Boyne, Een ladder naar de hemel, vertaling: Reintje Ghoos en Jan Pieter van der Sterre, Uitgeverij Meulenhoff, 384 pagina’s (€ 21,99)

Dit interview verscheen eerder in de Boekenkrant, editie 6 mei 2019

Berichten gemaakt 5308

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven