Recensie: To AI, or not to AI

‘Ik wil lezers die denken dat ze geen belangstelling hebben voor AI, biotech, Big Tech of datatech laten ontdekken dat deze verhalen boeiend en soms angstaanjagend zijn en (…) met elkaar samenhangen. We moeten allemaal weten wat er gebeurt nu de mens op weg is naar een toekomst die misschien transhumaan of zelfs posthumaan is.’

Door Martijn van Bruggen

Aldus Jeanette Winterson in haar essaybundel Twaalf bytes. Heden en toekomst van kunstmatige intelligentie. Ik voelde me hierdoor aangesproken, want ook ik sla nieuws over kunstmatige intelligentie (‘AI’) stelselmatig over en beschouw het als sciencefiction. Maar, merkt Winterson op, alles begint als sciencefiction. De kristallen bol waarin we in eeuwenoude verhalen op magische wijze onze geliefden konden zien, is verwezenlijkt en heet Zoom.

Machines en systemen zijn kunstmatig intelligent als ze de informatie die ze binnenkrijgen kunnen analyseren en ervan leren, waardoor ze verbeteren.AI is zijn eigen docent, als het ware. Maar ook een docent moet zijn informatie ergens vandaan halen, en dat is volgens de auteur een heikel punt: de mens levert deze informatie aan. Vandaar bijvoorbeeld dat Facebook alsnog bijna alle secretaresse-vacatures uitsluitend aan vrouwen liet zien: de mens had (onbewust) discriminerende data geleverd aan het AI-systeem. Maar AI zelf discrimineert in principe niet. Daarom staat Winterson positief tegenover de ontwikkeling van AI. Het ziet patronen die wij niet zien en biedt enorme mogelijkheden. Nu blinkt een systeem met AI nog uit in het ding waarvoor het geprogrammeerd is, zoals schaken. Maar Winterson kijkt uit naar de dag dat AI verandert in AGI, wat betekent dat het systeem of de machine algemeen intelligent is, net als de mens. We hebben er dan een nieuwe levensvorm bij die alle vermeende zekerheden van het leven zal doen wankelen, bijvoorbeeld dat leven gelijkstaat aan stoffelijkheid, want AGI is niet belichaamd, maar wel autonoom. Ook is het in tegenstelling tot de mens niet egoïstisch, gewelddadig, onverdraagzaam, enzovoorts. AGI kan ons wat leren. Maar dan moeten we er wel goed mee omgaan, is de hoofdlijn binnen haar bundel.

Deze hoofdlijn dient de lezer te ontwarren uit andere lijntjes. Op associatieve wijze springt Winterson binnen haar essays heen en weer om uiteindelijk, met wisselend succes, mijmeringen met elkaar te verbinden. Voeg daar een immer feministische en bijtend humorvolle blik aan toe en het maakt het boek prikkelend en dynamisch, maar ook ingewikkeld. Liever was ik gestructureerd bij de hand genomen in plaats van me bij elke nieuwe alinea af te moeten vragen of die een voortzetting of afslag zou inhouden. Wanneer Winterson zich toespitst op een concrete casus (zoals haar hypothese dat ‘vrouwelijke’ AI-sekspoppen ervoor zullen zorgen dat de onderdrukkende genderstereotyperingen terugkeren) gaat het boek pas echt leven. En dat een voorwerp werkelijk kan gaan leven, is trouwens geen sciencefiction meer.

Jeanette Winterson, Twaalf bytes. Heden en toekomst van kunstmatige intelligentie, vertaling: Arthur Wevers, Uitgeverij Atlas Contact (€ 24,99)

Deze recensie verscheen eerder in de Boekenkrant, editie november 2021.  
Benieuwd geworden? Bestel dit boek bij uw lokale Boekenkrant-boekhandel. Kijk hier voor een overzicht.

Berichten gemaakt 5307

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven