NK Poetry Slam 2015: volle kapstokken en vurige poëzie

Poëzie is populairder dan ooit. Althans, dat zou je denken als je op 30 januari, vlak voor de start van het NK Poetry Slam 2015, op de trap staat die leidt naar Cloud 9 – de bovenste zaal van het Utrechtse TivoliVredenburg.

NK-PoetrySlam-voor-web-2De flinke rij op de trap blijkt het resultaat van een kapstoktekort: de berg jassen van poëzieliefhebbend Nederland blijkt groter te zijn dan de organisatie van tevoren had verwacht, dus is het wachten op reservehaakjes. Het is dan ook lekker druk in de zaal. En dat is maar goed ook, want het publiek speelt een onmisbare functie bij iedere poetry slam. De regels zijn simpel: iedere slammer heeft drie minuten de tijd om gedichten voor te dragen, en de toeschouwers bepalen wiens optreden het beste is.
Vanavond wordt de winnaar uitgekozen aan de hand van een applausmeting. Wie de luidste reactie van het publiek ontvangt, wint de hoofdprijs – een cheque van duizend euro en een vogelkooi – De Gouden Vink – als wisselbokaal. Bovendien belooft de winst veel voor de toekomst: veel vorige winnaars, waaronder Daniël Vis en Kira Wuck, hebben inmiddels een succesvolle dichterscarrière. Onder leiding van de olijke presentatoren en oud-winnaars Daan Doesborgh en Ellen Deckwitz – respectievelijk de Nederlandse Tom Waits en één van de Slimste Mensen van Nederland – betreden vandaag acht dichters het podium. Ook is er een jury aanwezig om het publiek een handje te helpen; Ilja Leonard Pfeijffer, Joke van Leeuwen en Lucky Fonz III voorzien ieder optreden van commentaar en becijfering. Het zinderende openingsoptreden van gastdichteres Antjie Krog, die in het Afrikaans de spuug, het zweet en de smerigheid van het reizen met het openbaar vervoer bezingt, schudt het publiek wakker voordat de strijd daadwerkelijk losbarst.

NK-PoetrySlam-voor-web-75De strijd
Wieke van der Linden schuifelt als eerste slammer verlegen het podium op, maar verrast iedereen wanneer ze haar mond open doet. Achter haar onzekere houding verbergen zich intense verzen over kippen, eieren en het debuteren als dichter. De tweede dichter van de avond, Daan Zeijen, staat in schril contrast met zijn voorgangster: deze springerige jongen vuurt enthousiast scherpe observaties van enkele zinnen op zijn publiek af.
Al gauw blijkt dat de slamlat dit jaar hoog ligt. Memorabel is het optreden van Jelmer van Lenteren, wiens gedicht over de borsten van zijn minnares geen makkelijk scorend stuk vol geilheid is, maar een intrigerende vertelling van zijn eigen geluk en ongeluk in de liefde. Arnoud Rigter, die door het presentatieduo wordt aangekondigd als ‘veteraan van de avond,’ deed al meerdere keren mee aan het NK Poetry Slam. Vanavond brengt hij gedichten vol ongemakkelijke humor: hij kijkt zijn publiek indringend aan, terwijl hij zinnen als ‘Je smaakt mmmals’ en ‘De avond nnneuriet’ van zijn tong laat rollen. Het is geen verrassing dat de jury zijn slam beschrijft als cabaretesk. De optredens van Coen Cornelisse en Marloes Robijn zijn minder sterk: beiden zijn meer dichters dan slammers. Hun poëzie is uitstekend, maar qua performance moeten deze twee deelnemers nog een flink stuk groeien.

NK-PoetrySlam-voor-web-103Het volgende optreden, van Sannemaj Betten, maakt daarentegen grote indruk. Het lieflijke, blonde meisje staat rustig achter de microfoon, en dwingt met zachte stem de aandacht van het publiek af. Ze vertelt hoe ze haar geliefde pelt als een mandarijn en zijn ingewanden meeneemt – een absurd maar adembenemend stukje anatomie-poëzie, dat je doet vermoeden dat er in Betten zowel een romantica als een seriemoordenaar verborgen zit. Haar performance, vol ritme en muzikaliteit, is misschien wel de beste van de avond, en maakt vooral jurylid Lucky Fonz III razend enthousiast.
De laatste slammer van de avond, Max Greyson, weet met zijn knappe uiterlijk, intense performance en Vlaamse tongval de vrouwen én mannen in het publiek om te krijgen. Zijn poëzie is niet zo beklijvend als die van Betten, maar zijn performance is innemend en veelzijdig.

Na de eerste applausmeting blijven er vijf dichters over. Greyson gaat als eerste op en geeft een opzwepend optreden, waarmee hij een 10 van jurylid Ilja Leonard Pfeijffer binnenhaalt. Betten zoekt in deze tweede ronde wederom de romantiek op, maar weet deze keer het publiek minder goed vast te houden. Rigter kiest tevens voor een bekende aanpak en stort zich weer op de komedie. Hij verandert daardoor steeds meer in een stand-up-comedian dan een dichter – al weet hij met ‘Mama’s eisprong is mijn privé-oerknal’ wel de leukste regel van de avond neer te zetten.
Jelmer van Lenteren vertelt dit keer een zeer persoonlijk verhaal: de bebrilde dichter weet een geslaagde ode te brengen aan zowel de liefde als zijn eigen slechtziendheid. Hekkensluiter is de humoristische Daan Zeijen. Hij dicht op een briljante manier over een hoofdrolspeler van Jesus Christ Superstar die nog steeds op het podium staat, iemand die ‘langer Jezus is dan Jezus.’ Zijn energieke optreden wordt door de jury gewaardeerd – al krijgt hij wel te horen dat zijn gehijg tussen de regels door wel wat ingeperkt kan worden.

NK-PoetrySlam-voor-web-182De finale
Na de volgende applausmeting blijven er twee mannen over: Daan Zeijen en Max Greyson. Wat volgt is een legendarische finale waarin ongekend vurig gestreden wordt. Poetry slam wordt pas poetry slam als er twee deelnemers over zijn die elkaar daadwerkelijk dichterlijk durven aan te vallen. ‘Max wilde iets moois schrijven, maar het lukte niet’ wordt beantwoord met ‘Ik kras mijn initialen op je schaambeen.’ Goedgemikte beledigingen vliegen over het podium: de slammers vergelijken elkaar met pasgeboren giraffen en baby’s die met het verkeerde been uit de baarmoeder zijn gestopt. Na een zinderende woordstrijd volgt het oordeel van de jury: Zeijen is de sterkere voordrager, en Greyson de betere dichter. Dat bij poetry slam de voordracht minstens net zo belangrijk is als de inhoud, blijkt uit de laatste applausmeting: Daan Zeijen wordt met een overdonderend lawaai tot winnaar bekroond. De jonge dichter springt bijna uit zijn vel van blijheid wanneer hij de gouden vogelkooi in ontvangst neemt. De zaal ziet het, en gunt hem de overwinning des te meer.

Na dat laatste applaus blijkt dat niet alleen de kapstokken blijk geven van de bezoekersaantallen van het NK Poetry Slam: ook het rokershok is eigenlijk te klein. Druk babbelend staan er zo’n twintig rokers op elkaar gepakt in de glazen mini-ruimte. Naast het hok steekt Ilja Leonard Pfeijffer kalm zijn eigen sigaret op, en rookt in stilte. Even lijkt het of het gedicht zo populair is, dat zelfs de dichters zelf fysiek niet meer in de poetry scene passen. De poëzie heeft, dankzij evenementen als het NK Poetry Slam, zijn publiek gevonden. En daar mag best voor geklapt worden.

NK-PoetrySlam-voor-web-170

Foto’s: Annemarie Sint Jago

Berichten gemaakt 5308

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven