Boekfragment: Compassie

Onverwacht valt Frank als een blok voor de half-Duitse Jessica. Zijn leven verandert, hijzelf verandert, het geluk lijkt hem toe te lachen – tot hij op een onoverkomelijkheid stuit.

Hoe ik erin verzeild raakte? Rusteloosheid – ja, dat in eerste instantie. Ik had een geliefde, een hoogbegaafde en licht autistische natuurkundige die maar niet kon beslissen of ze nu op mannen of op vrouwen viel, kortom het was een-uitaan-uit en dat werd zo dodelijk vermoeiend, dat ik zelf actie ondernam. Zoals bekend bestaat er al een tijdlang een eenvoudige manier om contact te leggen met ontwikkelde, alleenstaande vrouwen. Dat is nog veel eenvoudiger wanneer je niet tot de meerderheid der onaantrekkelijke mannen wordt gerekend. Kennissen van mij bleken het inmiddels te hebben uitgeprobeerd, één van hen sprak vrolijk van ‘een grote snoeppot.’ En na zo nog een paar ervaringen te hebben aangehoord, schreef ik me in bij een internetdatingsite.

In mijn paspoort staat Frank van Luijn. En Doorn, M. 1.83m. Over de geboortedatum daartussenin doe ik soms moeilijk. Ik bezit naar eigen inschatting niet veel ijdelheden, maar alla – daar is er één. Of misschien is het eerder angst dan ijdelheid, is het onwil het afscheid van de jeugd toe te geven. Daarover later meer; laten we hier voor het gemak zeggen dat ik tegen de veertig loop maar voor vijf jaar jonger kan doorgaan, en dat soms ook doe. Het gezicht dat zich in mijn spiegel vertoont, heeft niets van het doffe en vermoeide van veel van mijn getrouwde of samenwonende leeftijdgenoten. Ik heb ook geen last van een buikje of andere sporen van verval – sterker nog: ik heb dezelfde kledingmaten als op mijn twintigste. Eigenlijk ben ik nu zo ongeveer op mijn best, vooral als ik mijn baard een week laat staan. Kortgeleden heb ik mezelf gezien op een videofilmpje dat een vriend tijdens een dag zeilen maakte, en me verbaasd over mijn studentikoze uitstraling, rechte houding en onbevangen, merkwaardig energiek manier van lopen. En over mijn kinderlijk blozende gezicht, waarin voortdurend een spottende gedachte lijkt op te wellen.

Mijn leven krabbelt sinds twee decennia gemoedelijk van relatie naar relatie. Het is me gelukt contact te houden met een aantal exen, ik spreek ook soms nog met hen af, en verkondig desgevraagd dat dit verre te verkiezen is boven de sleur, boven de schrale regelmaat van jaar na jaar doorbrengen met dezelfde partner. Wanneer ik een glas te veel op heb, spreek ik niet over relaties maar over ‘affaires’, en ventileer de dijenkletser dat het woord huwelijk in het Nederlands op slechts twee woorden rijmt, te weten gruwelijk en afschuwelijk. De laatste tijd ben ik in gezelschap zwijgzaam, omdat ik me steeds vaker verveel en anderen onontwikkeld en oninteressant vind. Maar juist die hooghartige zwijgzaamheid kan worden uitgelegd als diepgang, zo bleek na een feestje waarvan ik als eerste vertrok: ik ontving de dag erop een liefdesverklaring van iemand die ik me niet eens herinnerde. De belangrijkst drijfveer achter mijn nieuwe activiteit is, naast mijn onrust, vooral nieuwsgierigheid – maar dan wel van het vrijblijvende soort.

Ik maak een profiel aan, zoek er een foto bij waarop ik niet met reserve of ironie lach, en steek zonder veel aarzeling mijn hand in de snoeppot. Ik krijg reacties, maak afspraken, zie diverse vrouwen per week, onderhoud met meerder gelijktijdige contact.

Compassie

Boekgegevens

Stephan Enter, Compassie, Uitgeverij Van Oorschot, ISBN 978 90 282 6079 5 (€ 17,50)

 

Berichten gemaakt 5313

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven