Angst en vriendschap

Copywriter Dora heeft last van kriebelende onrust en wanneer haar vriend Robert haar verbiedt om haar hond uit te laten, knapt er iets in haar. Ze vertrekt midden in de coronacrisis naar haar pas gekochte huis in Bracken in het oosten van Duitsland. Juli Zeh, bekend van Ons soort mensen, schetst Dora in Onder buren als een zoekende, eenzame vrouw die de uitgestoken hand (tevens potentiële virusbron) van haar nieuwe buurman Gote aanneemt omdat ze geen spelbreekster wil zijn.

Door Sandra Broertjes

(c) Thomas Müller

Een van de eerste dingen die Gote doet is Dora’s teefje Jochie-Roggie over de muur tussen hun huizen gooien: het hondje zat in zijn aardappelveld te graven. ‘Aangenaam. Ik ben hier de dorpsnazi.’ Haar vader, een gerespecteerd arts, had al gezegd dat Bracken rechts-radicaal was en Dora beseft dat het lastig zal worden aan te tonen dat Jojo (‘“Papa” past ook niet bij hem. Het woord hecht niet, het glijdt van hem af.’) geen gelijk heeft. ‘Omdat hij het belangrijk vond dat ze haar studie afmaakte is ze gestopt. Ze heeft het naar haar zin in de reclame, terwijl Jojo de hele branche als overbodig bestempelt. Godzijdank was Jojo gesteld op Robert, anders had Dora tot in lengte van dagen bij hem moeten blijven.’ Robert wilde de wereld redden en Dora wilde haar best doen en zijn regels volgen, maar ze had het gevoel dat het vergeefs was.

In Bracken bepaalt ze zelf wat ze doet, maar daar zijn buren die discriminerende grappen maken en ze weet niet hoe ze daarop moet reageren. ‘Ze heeft al vaak nagedacht over wat er achter die racismeverstarring zit. Een dilemma wellicht? De onmogelijke keuze tussen moraalridder en lafaard. Tussen persoonlijke overtuiging, maatschappelijke taak en individuele angst voor conflicten. Daar komt nog eens plaatsvervangende schaamte bij, omdat racisme zo vreselijk gênant is. Zoals wanneer je iemand betrapt op wildplassen. Je zou tegen hem willen zeggen dat hij zijn lichaamsdelen moet inpakken en moet opkrassen. Maar je plaatsvervangende schaamte is zo groot dat je snel wegkijkt en doorloopt.’ Gelukkig wonen er ook twee homo’s in het dorp, Tom en Steffen, hetgeen lijkt te bewijzen dat Bracken niet heel intolerant is. Het is wel verwarrend dat het paar een AfD-sticker op de brievenbus heeft.

Dora vindt rust door te kijken naar video’s van de astronaut Alexander Gerst die rondklautert op het ISS, ‘een veelvleugelige libelle die in razende vaart door het heelal cirkelt. Op de achtergrond de aardbol. Inderdaad, een bol. Een grote bal van gesteente en water, waar bijna acht miljard mensen op rondlopen. Slechts een handjevol astronauten heeft dat ooit met eigen ogen gezien. Alleen zij begrijpen het antwoord op het grote raadsel van het bestaan, dat luidt: de hele zooi bestaat echt. (…) Daarom zijn astronauten niet alleen de vriendelijkste, maar ook de gelukkigste mensen op aarde.’

Tegen de tijd dat Dora Gote wegtrekt wanneer die misbaar maakt voor het huis van Tom en Steffen, is er veel veranderd. Dezelfde buren die racistische grappen maken, helpen ongevraagd met het opknappen van Dora’s huis en tuin en er verschijnen meubels in haar woning. Gote is naast dorpsnazi ook de gescheiden vader van Franzi, hij haalt Dora ongevraagd op voor een rit naar het winkelcentrum en zijn zelfgemaakte houten wolf is levensecht. Wanneer hij zijn auto van de weg rijdt helpt Dora hem thuis te komen. Ze maakt zich zorgen om hem en belt haar vader, die onmiddellijk vertrekt uit Berlijn. ‘Jojo rijdt, en Dora zit in gedachten naast hem. Als ze de snelweg bereiken zet hij de muziek zachter en kijkt haar van opzij aan. “Het is fijn om iets voor je te kunnen betekenen,” zegt hij. Dora is zo verrast dat ze bijna vergeet dat ze zich deze woorden maar verbeeldt.’

Ook uit Dora’s werk voor een reclamecampagne blijkt dat ze een rijke fantasie heeft, maar deze vrouw die haar fiets een naam heeft gegeven, is op zoek naar de zekerheid dat ze echt bestaat. Juli Zeh heeft een boek geschreven dat zich weliswaar afspeelt tijdens de coronacrisis, maar dat tegelijk tijdloos is. Onder buren bevat subtiele humor, zoals in een terugblik waarin de ontmoeting tussen Dora en Robert wordt beschreven. Dora is weliswaar de hoofdpersoon, maar de lokale bijrollen zijn goed gevuld en niet alleen omdat zij hun nieuwe dorpsgenoot regelmatig en al dan niet moedwillig van haar stuk brengen. Voor lezers die Zeh nog niet kennen is dit een mooie introductie tot haar oeuvre.

Juli Zeh, Onder buren, vertaling: Annemarie Vlaming, Uitgeverij Ambo|Anthos, 344 pagina’s (€ 24,99)

Deze recensie verscheen eerder in de Boekenkrant, editie oktober 2021. Benieuwd geworden?
Benieuwd geworden? Bestel dit boek bij uw lokale Boekenkrant-boekhandel. Kijk hier voor een overzicht.

Berichten gemaakt 5312

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven