Recensie: Een zee van doden

De strijd om te overleven wordt op een realistische manier beschreven door Colson Whitehead, een Amerikaanse auteur en winnaar van de National Book Award, de Pulitzerprijs en de Arthur C. Clarke Award. In zijn roman Zone 1 proberen de levenden de situatie onder controle te krijgen, maar de prille beschaving lijkt langzaam onder hun voeten weg te vallen.

Door Myrthe Kries

Een pandemie heeft de mensheid in tweeën verdeeld: de levenden en de levende doden. De niet-geïnfecteerde bevolking probeert de samenleving weer op te bouwen, met als belangrijkste taak: het terugveroveren van Manhattan. Hier verschuilen zich moordlustige zombies, die maar al te graag de levenden willen opeten.

Het verhaal volgt Mark Spitz, lid van een verdelgingseenheid, die het op zich neemt om achtergebleven zombies te elimineren. Het boek beslaat in feite maar drie hoofdstukken, omdat het zich in drie dagen afspeelt. Hierdoor is het ideaal voor lezers die graag in één keer een boek uit willen lezen of graag ondergedompeld willen worden in een verhaal. Toch kan het wat ontmoedigend werken, doordat één hoofdstuk bijna honderdvijftig pagina’s beslaat.
Tijdens het lezen worden het heden en het verleden afgewisseld. Hierdoor krijgt de lezer steeds meer informatie over het leven van Mark Spitz: hoe hij aan zijn naam komt, het leven voor de pandemie en hoe men met die pandemie omgaat. Dit gebeurt helaas wel erg langzaam, en door de grote hoeveelheid informatie die de lezer krijgt, is er weinig actie in het verhaal. Spitz toont ook weinig emotie, waardoor het hele verhaal weinig echte spanningsmomenten heeft en het soms lastig is om de aandacht erbij te houden. Mark Spitz blijft zelfs nuchter wanneer hij met een zombie vecht.
Voor degenen die denken: ‘zombies zijn hartstikke eng’, wees gerust. In het boek spelen zombies dan wel een grote rol, toch het bevat geen vieze en gore beschrijvingen van ze. Een paar scènes waarin de levenden in fysiek contact komen met de doden kan misschien de rillingen over je rug laten lopen, maar ze worden veelal met een vleugje humor beschreven: ‘Op een ochtend was Mark Spitz op zo’n hersenloze zielenpoot gestuit die bij de friteuse van een bekende hamburgertent stond, en die hij puur uit principe had neergeschoten.’ Het contrast tussen de levenden en de doden wordt vooral  weergegeven in de handelingen van de zombies. De achterblijvers doen heel weinig of gaan door met het werk dat ze als levenden deden. Toch is het verschil tussen de verdelgers en de zombies kleiner dan gedacht. De verdelgers overleven, net zoals de zombies, maar echt leven doen ze niet.

Zone 1 is dus geen standaard zombieboek dat je doet gruwelen, maar eerder een koelbloedige schets van hoe onze maatschappij met zo’n horrorscenario om zou gaan. Het draait hier niet zozeer om de strijd tussen de levenden en de doden, maar om de nieuwe realiteit en hoe deze mensen verscheurt en verandert. Maar bovenal draait het om je angst overwinnen.

Colson Whitehead, Zone 1, vertaling: Harm Damsma, Uitgeverij Atlas Contact, 368 pagina’s (€ 22,99)

Deze recensie verscheen eerder in de Boekenkrant, editie augustus 2022.
Benieuwd geworden? Bestel dit boek bij uw lokale Boekenkrant-boekhandel. Kijk hier voor een overzicht.

Berichten gemaakt 5312

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven