Manuscripta 2014: boeken om je op te verheugen

Manuscripta is de jaarlijkse opening van het boekenseizoen. De Boekenkrant was daar natuurlijk bij aanwezig en doet verslag van inspirerende interviews en verfrissende visies van auteurs uit binnen- en buitenland.

Terwijl binnen allerlei schrijvers worden geïnterviewd, is het buiten is het ook een gezellige drukte. Bij de uitgeverskraampjes kun je niet alleen boeken kopen, maar vaak kun je ze ook meteen laten signeren door de auteurs die in grote getalen aanwezig zijn. Manuscripta is bovendien niet alleen leuk voor lezers, maar het is ook een inspiratie voor schrijvers in spe, want bij veel interviews wordt ingegaan op het schrijfproces van de auteurs.

De debutanten van Manuscripta
Volkskrant-recensent Arjan Peters interviewt drie nieuwe literaire talenten. De eerste debutant is Johan Goossens, van wie een bundeling van zijn columns uit het Parool is verschenen onder de titel Wie heeft er wel een boek bij zich?. Goossens is leraar Nederlands op een mbo-school in Amsterdam en doet op humoristische wijze verslag van de bijzondere en absurde dingen die hij meemaakt. Zo krijgt hij in zijn eerste week als leraar meteen te maken met een studente die een pistool meeneemt naar school. Ze is niet van plan er mee te schieten, maar wil van Goossens advies over hoe ze er het beste van af kan komen. De kersverse docent heeft geen idee te wat hij met de situatie aan moet en antwoordt: ‘Geen idee, misschien kun je het ergens dumpen?’

Manuscripta1

De volgende debutant is Bregje Hofstede, die de roman De hemel boven Parijs schreef. Het verhaal gaat over studente Fie die op uitwisseling is in Parijs, waar ze het geroutineerde leven van professor in de kunstgeschiedenis Olivier overhoop gooit. Eigenlijk was de roman een paar jaar geleden al af, maar omdat Hofstede er toen niet tevreden over was legde ze hem weg, om hem vervolgens te vergeten. Een jaar geleden vond ze het verhaal echter terug op haar computer. Ze gooide de oude versie weg en besloot het verhaal compleet opnieuw te schrijven, in een sterk gecomprimeerde versie. Het heeft dus een tijd geduurd voor haar roman er was, maar dat is het verhaal alleen maar ten goede gekomen. Hofstede: ‘Het heeft liggen rijpen in een kelder in mijn hoofd.’

[quote]’Meester, wat moet ik met dit pistool?’
‘Geen idee, misschien kun je het ergens dumpen?’ [/quote]

Als laatste is Ru de Groen aan de beurt. Hij schreef de roman Anna. Ode aan een kattenstaart, waarin Anna terugblikt op de liefde die ze in 1974 beleefde op de middelbare school. Interviewer Arjan Peters wijst erop dat het bijzonder is dat het verhaal vanuit het perspectief van een vrouw is geschreven, omdat het meestal mannen zijn die terugblikken op hun liefde voor een meisje. De Groen licht zijn keuze voor een vrouwelijke hoofdpersoon toe en vertelt dat Anna gebaseerd is op een echt persoon. Als middelbare scholier liep hij eens met een vriend over straat, toen ze een meisje met een lange vlecht voor zich zagen lopen. Zijn vriend bedacht de bijnaam ‘kattenstaart’ en riep die naar het meisje. De Groen: ‘Ik vond het een leuke bijnaam, maar ik zag dat zij het zelf niet zo leuk vond.’ De auteur heeft het altijd jammer gevonden dat hij op dat moment niets tegen haar heeft gezegd, en ze is altijd in zijn hoofd blijven rondspoken. Met dit boek geeft hij haar een stem.

Humor en romantiek met Jill Mansell
Anousha Nzume interviewt Jill Mansell. Op het podium is geprobeerd een gezellige huiskamersfeer te creëren, met twee rode banken en een  houten tafeltje. Zo voelt het ook aan; een gezellig gesprek met  de ‘grande dame van de feelgood roman’ (‘Als ik van Titanic mijn perfecte film had kunnen maken, zou de boot nooit tegen de ijsberg zijn aangebotst!’).  Mansell lijkt op haar gemak op het podium en later op de gang horen we hoe mensen zich meerdere malen positief over de auteur uitdrukken. Ze wordt gevraagd haar keuze om lichtere verhalen te schrijven toe te lichten: ‘Ik denk niet dat ik bewust besloten heb om het zo te doen, het was gewoon het type verhaal dat ik wilde schrijven. Ze zeggen altijd: schrijf het soort boek dat je graag zou willen lezen.’ Ze schrijft haar boeken met de hand. Voor wie dit ook wil gaan toepassen, pas op: het eerste boek dat ze schreef had ze aan iemand gegeven om uit te typen en ze heeft het nooit meer teruggezien!

Manuscripta3

Young Folks
Andrea van der Pol interviewt drie jonge auteurs van wie binnenkort een nieuw boek verschijnt of net is verschenen: Hanna Bervoets, Thomas Heerma van Voss en Philip Huff. Het wordt een grappig gesprek, waarbij de auteurs elkaar aftroeven met gevatte opmerkingen. Wanneer Van der Pol aan Heerma van Voss vraagt wat deze jonge generatie schrijvers kenmerkt, antwoordt hij droogjes: ‘Ja, weet ik veel.’ Als de zaal in lachen uit barst voegt hij er aan toe: ‘Zonder dit interviewconcept natuurlijk belachelijk te willen maken.’ Toch is er ook tijd voor wat serieuzere momenten, wanneer de auteurs vertellen over de noodzaak om te schrijven: alle drie geven ze aan dat schrijven ervoor zorgt dat ze het leven beter kunnen verdragen.

[quote]’Wat kenmerkt deze generatie jonge schrijvers?’
‘Ja, weet ik veel!'[/quote]

Heerma van Voss heeft voor het eerst een serie verhalen geschreven in plaats van een roman. De bundel is net verschenen onder de titel De derde persoon. Van Bervoets komt in oktober haar vierde roman uit. Efter gaat over een wereld in de toekomst waarin liefde gezien wordt als een aandoening, waarvoor het medicijn Efter op de markt is gebracht. Het verhaal is geïnspireerd op de DSM, het standaard handboek voor de classificatie van psychische stoornissen, waar steeds nieuwe aandoeningen aan toe worden gevoegd maar waar ook weer aandoeningen uit verdwijnen. Verliefdheid zou in de wereld die Bervoets beschrijft zeker in de DSM zijn opgenomen. Het nieuwe boek van Huff heet Boek van de doden en speelt in tegenstelling tot Bervoets roman juist in het heden. Centraal staat een vraag waar iedereen zich volgens Huff wel in kan herkennen: hoe moet ik mijn leven vormgeven? Wanneer Van der Pol vraagt wat de gedachte achter het boek is, weigert hij om deze samen te vatten in één zin: ‘De essentie van dingen heeft tijd en aandacht nodig. Er is een heel boek voor nodig om de boodschap over te brengen.’

Marion Kok bevraagt Young Adult-auteurs
Er is veel belangstelling voor de interviews van Marion Kok met drie young adult-auteurs: Jen Minkman (De jongen uit het woud), Marleen Ekelmans (Fatale klik) en Mel Wallis de Vries (Shock). Sommige mensen kunnen dan ook geen zitplaats bemachtigen en moeten achterin staan. Er wordt onder andere gepraat over de mogelijke gevaren van een te grote openheid en goedgelovigheid op Facebook (iets dat terugkomt in Ekelmans’ boek) en de Amerikaanse young adult-markt (De Jongen  uit het woud verscheen eerder in het Engels). Mel Wallis de Vries vertelt grappenderwijs over haar angsten (ze noemt zichzelf een ‘mietje’), iets dat zowel verwerkt als vergroot wordt door het schrijven. Aan het eind van de interviews maken drie studenten muziek op basis van de gesprekken die ze net hebben gehoord en ze lijken ook even aan de angst van Wallis de Vries te refereren. Helaas vertrekken veel van de mensen na de interviews meteen naar de volgende lezing of activiteit, zodat ze niet van de muziek kunnen genieten.

Manuscripta2

De zoon van Françoise Sagan
Denis Westhoff, zoon van de beroemde Franse auteur Françoise Sagan (Bonjour tristesse), praat met Margot Dijkgraaf over het boek dat hij over zijn moeder schreef. Calvin Visscher vertaalde het verhaal naar het Nederlands onder de titel Sagan en zoon. Dat Westhoff pas tien jaar na zijn moeders overlijden met dit boek komt, heeft veel te maken met de problemen die haar nalatenschap met zich mee brachten. Zijn moeder had grote schulden en hij is bovendien verwikkeld in een juridische strijd om de rechten op haar werk.

Sagan leerde haar zoon van jongs af aan dat lezen heel belangrijk was. Ze had ook zo haar eigen mening over wat goede of slechte literatuur was, en kraakte soms de boeken af die haar zoon op school moest lezen, om vervolgens andere titels aan te dragen die volgens haar veel beter geschikt waren. Westhoff vertelt dat hij een zeer gestructureerde opvoeding heeft gehad, maar dat hij soms ook aparte dingen meemaakte. ‘Soms kwam er om tien uur ’s avonds opeens een filmster mijn kamer in lopen om even gedag te zeggen: “Hoi Denis, hoe is het?”’

Uit het publiek komt de vraag wat zijn moeder zou hebben gevonden van het feit dat hij een boek heeft geschreven. ‘Ik denk dat ze verbaasd zou zijn’, antwoordt Westhoff. ‘Ze zou zeggen dat je niet pas op je veertigste als schrijver kunt beginnen. Een echte schrijver begint eerder.’ Toch wil Westhoff blijven schrijven. Hij heeft een ongepubliceerde roman van zijn moeder gevonden die hij graag wil afmaken. Omdat zijn moeder aan het eind van haar leven last had van geheugenproblemen en vaak verward was, is het verhaal dat ze heeft achtergelaten soms lastig te volgen. Westhoff hoopt er toch een compleet boek van te kunnen maken.

[quote] ‘Soms kwam er om tien uur ’s avonds opeens een filmster mijn kamer in lopen om even gedag te zeggen.’[/quote]

Het veranderende leven
Veel belangstelling is er ook voor de interviews van Andrea van der Pol met Esther Gerritsen (Roxy) en Isa Hoes (Toen ik je zag). De twee interviews zijn samengebundeld onder de titel Het veranderende leven, omdat beide boeken het verlies van een geliefde bespreken. Ondanks het onderwerp blijft de toon van de interviews redelijk licht.

Manon Uphoff
In het Nachtrestaurant van de Winkel van Sinkel praat Manon Uphoff over haar nieuwe essay: De Blauwe muze. Waarom de beste literatuur tegenwoordig op tv te zien is. Ze maakt vergelijkingen tussen goede literatuur en kwalitatief goede series. ‘Literatuur zou zijn armen breder kunnen spreiden in plaats van het (televisie, red.) als concurrentie te zien’. Het is een interessant onderwerp, al lijken de vijftien minuten die er in het programma voor zijn uitgetrokken net iets te kort om het helemaal recht te doen.

Presentatie Kinderboekenweek: Feest!
Tijdens Manuscripta is er ook een vooruitblik op de Kinderboekenweek. Het hele gebeuren is vrolijk. Er wordt vaak gelachen en zo wordt het thema van de Kinderboekenweek en het gevoel van deze dag eer aan gedaan: Feest. De presentatie begint met
een korte dansworkshop. Kinderen (en ouders) krijgen de danspasjes van de nieuwe single van Kinderen voor Kinderen ( Feest!) aangeleerd en mogen meteen hun kunsten tentoonstellen als de muziek aan gaat. Daarna is het tijd voor de uitreiking van de Kinderboekenweekgeschenken van Marit Törnqvist en Harm de Jonge en interviews met de deze auteurs.

Manuscripta7

Foto’s: Gerlinde de Geus & Chris van Houts

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven