Interview Hylke Speerstra: ‘Ik wilde getuigen hoe uit wanhoop twee mooie levens voortkwamen’

Hylke Speerstra schrijft al vele decennia non-fictieboeken over met name het leven in Friesland. In zijn new journalism staan anekdotiek en oral history centraal, wat leidt tot een meer invoelende non-fictie. Nu schreef hij de roman Testament van de ziel, waarin het schrijnende, maar ook hartverwarmende verhaal van twee Friezen in Canada centraal staat. Ik spreek hem in zijn werkkamer in Heerenveen.

Door Antal Giesbers

Het verhaal van de roman kun je je voorstellen als een ritssluiting: vanaf het begin worden twee levensverhalen aan elkaar geritst tot een sluitend geheel. Twee mannen van dezelfde generatie groeiden op in Friesland, maar emigreren uiteindelijk naar Canada. Allebei verliezen ze al jong hun moeder, terwijl hun vader uitblinkt in afwezigheid. Maar uit hun ellendige jeugd komen toch waardevolle levens voort, en komen beide mannen als lotgenoten heel na tot elkaar.

Foto Hylke Speerstra (c) Arie Bruinsma

Omdat u zich als schrijver specialiseert in non-fictie, dacht ik tijdens het lezen dat het boek sterk autobiografisch was. Maar in het verhaal is de vrouw van de schrijver net overleden, terwijl ik net nog van uw vrouw lekkere soep en broodjes kreeg…

‘Inderdaad, het is niet míjn verhaal. Maar dit is wel twee mensen in werkelijkheid overkomen. Alleen wilde ik de vrijheid hebben om ook mijn verbeelding te gebruiken, zodat ik niet alleen kon vertellen wat ze zeiden en deden, maar ook wat ze dáchten. Het verzoek om de namen van die twee mannen te veranderen, gaf mij het laatste zetje om er mijn eigen interpretatie aan te geven.’

U maakt nergens kenbaar dat dit gebaseerd is op waargebeurde levensverhalen. Moest het verhaal als fictie op zichzelf staan?

‘Ik heb daar eigenlijk niet aan gedacht, dat zou misschien wel goed zijn geweest. Pas zei een mevrouw tegen me: “Wat dapper dat u vertelt over het leven van uw vader, die fout was in de oorlog. Ik heb ook een foute vader gehad en dat heeft mijn hele leven beheerst. Pas nu ik negentig ben, durf ik erover te praten.” Dat ontroerde me wel. Moet ik dan zeggen dat mijn vader helemaal niet fout was in de oorlog, maar dat het een personage is? Ik heb het maar zo gelaten.’

U heeft in uw leven honderden mensen geïnterviewd: waarom sprongen juist deze twee verhalen eruit?

‘Het is de eeuwige aandrift van elke schrijver om een mooi verhaal te vertellen. Maar ik vond ook dat ik dit verhaal troost biedt. Ik wilde getuigen van twee karakters die iets poëtisch en milds hadden, terwijl ze uit een diepe put van wanhoop kwamen. Dat ze toch grootmoedig het verleden wisten te accepteren en iets van hun leven wisten te maken.

‘Ik heb zelf een liefdevolle jeugd gehad, maar ik ben ook kinderen tegengekomen die het zonder hun moeder moesten doen, soms omdat die zich van hen afkeerde. Dan denk ik: hoe is het mogelijk! Dat heeft me altijd gefascineerd.

‘Wat mij ook fascineerde, zijn oude-mannenvriendschappen. Ik heb me ingeleefd in hun eenzaamheid, hun verlies. In mijn ervaring kunnen mannen daar minder goed mee omgaan dan vrouwen. Ze zijn vaak wat kwetsbaarder en hopeloos verloren als ze alleen komen te staan.’

Het boek had gewoon over hun vriendschap kunnen gaan, maar in de epiloog blijkt dat er al die tijd nog een ander verhaal meespeelt…

‘Ik heb getwijfeld of ik die epiloog wel moest toevoegen. Maar uiteindelijk wilde ik toch zien hoe de onthulling aan het slot de relatie tussen de twee mannen beïnvloedt.’

Door wie heeft u zich laten beïnvloeden als literair auteur? In het boek zijn beide mannen bijvoorbeeld gecharmeerd van Paustovsky.

‘Ik moet bekennen: met Paustovsky is de persoon van Hylke het boek ingeslopen. Ik voel me aan hem verwant. Wat anderen hem verwijten – hij was een ongegeneerde schrijver met een voor veel literatoren te bloemrijke taal – dat vind ik juist mooi. Daarmee wijk ik ook af van de meer zakelijke en rechttoe-rechtaan Friese literatuur. Ik wilde gewoon ongegeneerd vertellen, en daarom heb ik van beide mannen Paustovsky-liefhebbers gemaakt.’

Ook valt het op dat bijna elk non-fictieboek dat u geschreven heeft wel ergens in deze roman terugkomt: schepen, schaatsen, boerenliefde, emigratie, Indiëgangers…

‘Daar zit wel wat in ja. Dat was niet bewust, maar die kennis zit wel in je. En misschien bekijk je op het eind je leven nog een keer door een nieuwe bril…’

Komt er nog een roman, of wordt het volgende boek weer non-fictie?

‘Dat ligt in de gulzige schoot der toekomst geborgen. Ik word in juni 87 en ik wil nog andere dingen doen – zoals tijd doorbrengen met mijn kleinkinderen! Ik ben nog niet uitgeschreven, maar dit is wel mijn laatste grote roman.’

Hoe ziet u zichzelf nu: als schrijver of journalist?

‘Geert Mak zei me eens dat ik journalist/schrijver ben, maar ik durfde mijzelf nauwelijks schrijver te noemen. Nu kan ik die titel wel accepteren. Ik ben alleen vreselijk benieuwd hoe Geert me nu gaat noemen!’

Hylke Speerstra, Testament van de ziel, Uitgeverij Atlas Contact, 368 pagina’s (€ 24,99)

Dit interview verscheen eerder in de Boekenkrant, editie februari 2023.
Benieuwd geworden? Bestel dit boek bij uw lokale Boekenkrant-boekhandel. Kijk hier voor een overzicht.

Berichten gemaakt 5307

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven