Interview: Een bijzondere vriendschap

Johannes Vermeer en Antoni van Leeuwenhoek zijn beiden geboren in 1632 en hebben hun leven grotendeels doorgebracht in Delft. Hoewel de beide mannen op het eerste gezicht weinig met elkaar gemeen lijken te hebben, Vermeer de schilder en Van Leeuwenhoek de pionier op het gebied van microbiologie, is de kans groot dat ze elkaar hebben gekend. Zowel Vermeer als Van Leeuwenhoek stonden in 2023 in de schijnwerpers. 2023 was niet alleen het jaar van Vermeer, het was ook driehonderd jaar geleden dat Van Leeuwenhoek stierf. 

Door ISTVAN KOPS

Het idee dat de beide bekende Delftenaren elkaar meermaals moeten hebben ontmoet, is het uitgangspunt geweest van Elisa Pesapane en Dirk van Delft voor het boek ’t Had gekund. In dit verhaal zijn we in beeld en tekst getuige van tien gesprekken die Johannes en Antoni in de verschillende fases van hun leven met elkaar hebben. Ik ging met Elisa Pesapane en Dirk van Delft over de beide Delftenaren in gesprek.  

Hoe waarschijnlijk is het dat de beide mannen elkaar hebben gekend?  

Dirk: Er is een aantal documenten dat daarop duidt. Ze staan beiden op dezelfde pagina in het doopboek van de Nieuwe Kerk en Van Leeuwenhoek heeft na het overlijden van Vermeer zorg gedragen voor diens nalatenschap. Bovendien woonden en werkten ze praktisch hun hele leven op een steenworp afstand van elkaar. Hoewel er geen bewijs is dat ze elkaar daadwerkelijk tijdens hun leven hebben gekend, hebben we besloten dat wél als uitgangspunt te nemen. Elisa: Het interessante is dat de één kunstenaar is en de ander wetenschapper en dat beide disciplines met elkaar in gesprek gaan. Dat sprak ons speciaal aan aangezien ik zelf ook kunstenares ben en Dirk wetenschapper. We geven een kijkje in de hoofden van twee mannen die zich met heel verschillende zaken bezig hielden en op die manier veel van elkaar opstaken. Dirk: ’t Had gekund is voor ons ook een gedachte-experiment, waarbij we, vasthoudend aan de feiten die we kennen, een aantal hypotheses hebben opgeworpen die misschien aanleiding kunnen zijn om eens met een nieuwe bril naar de geschiedenis te kijken.  

De tekeningen van de beide mannen vormen een belangrijk onderdeel van het boek. Hoe zijn jullie daarbij te werk gegaan?  

Elisa: Ik was op zoek naar modellen die de beide mannen konden uitbeelden. Tijdens de eerste posesessie bleken de twee uiteindelijke modellen elkaar te kennen, ze waren docent en leerling van elkaar op het conservatorium geweest, waardoor een heel bijzondere dynamiek ontstond. Ik denk dat je dat ook heel duidelijk terugziet in het boek. 

Hoe hebben jullie je verder laten inspireren door het verhaal van de beide mannen?

Elisa: We hebben lange wandelingen door Delft gemaakt, waarbij we het uitgebreid over de geschiedenis van de stad hebben gehad. Het was een roerige tijd waarin Antoni en Johannes hebben geleefd. Dirk: We hebben onder andere de plek bezocht waar in 1654 de Delftse donderslag heeft plaatsgevonden, waarbij Carel Fabritius om het leven kwam, en probeerden ons voor te stellen hoe het in die tijd moet zijn geweest. Elisa: We wandelden rond in ons eigen verhaal dat nog in ontwikkeling was. Ik keek daardoor met een andere blik naar gebouwen en een bepaalde lichtval. Die donderslag had voor mij iets heel dantesk. 

In hoeverre heeft de roerige tijd waarin ze hebben geleefd de beide mannen gevormd?

Dirk: De eeuw waarin ze leefden kende een aantal bijzonder ingrijpende gebeurtenissen. Niet alleen de donderslag van Delft, maar ook de oorlogen tussen Nederland en Engeland. Bovendien had men in die tijd te maken met een hoge kindersterfte. De maatschappij kende veel armoede in die tijd. Daar hadden beide mannen mee te maken. Antoni’s kinderen kwamen op een na op jonge leeftijd om het leven.  

’t Had gekund bestaat uit tien gesprekken tussen Johannes Vermeer en Antoni van Leeuwenhoek. Hoe hebben jullie die tien verschillende momenten gekozen?  

Dirk: We vonden tien sowieso een mooi getal en we gingen op zoek naar momenten die interessant waren om te bespreken en die zowel Antoni als Johannes moeten hebben bezig gehouden. We hebben onder andere gekozen voor hun schooltijd en de tijd die ze hebben doorgebracht in Amsterdam. Elisa: We hebben door die tien momenten te kiezen niet alleen een kijkje in de geest van de twee mannen willen geven, maar ook in de roerige tijd waarin ze leefden. 

Wat zou de mannen die op het eerste gezicht zo van elkaar leken te verschillen in elkaar aangetrokken hebben?  

Dirk: Als je als uitgangspunt neemt dat ze bij elkaar op school hebben gezeten dan kunnen het heel goed jeugdvrienden zijn geweest. Bovendien keken ze allebei met bijzonder veel interesse naar de wereld en moeten elkaar daarom veel te vertellen hebben gehad. Elisa: Beide mannen hadden vanuit hun eigen vakgebied een onderzoekende geest en waren voortdurend op zoek naar verwondering. Dirk en ik hebben dat ook, waardoor het gemakkelijk was om ons in hen te verplaatsen. We hebben daarbij ook bijzonder veel gehad aan de mannen die model stonden voor Johannes en Antoni, die helemaal op gingen in hun rol. Ik denk dat ik zelden zoveel plezier heb gehad in een project. 

Elisa Pesapane en Dirk van Delft,
’t Had gekund, Uitgeverij Zoetzuur,
71 pagina’s (€39,50)

Berichten gemaakt 5307

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven