Column Aefke ten Hagen: Een notitieblokje, inspiratie en een kat

Schrijvers hebben een onmiskenbare voorkeur voor katten. Ernest Hemingway was verknocht aan zijn kater, Charles Bukowski was dol op zijn witte, pluizige huisdier en van onze eigen Jan Wolkers weten we dat hij zijn Voske aan het eind van de jaren vijftig in een dierenwinkel vlakbij de Albert Cuypmarkt in Amsterdam kocht. Niet alleen brengen schrijvers veel tijd door met dit dier, katten zijn ook geliefde personages in onze vaderlandse letteren.

Ze miauwen, liggen te liggen en spinnen dat het een lieve lust is binnen de pagina’s van onze schrijfkunsten. Een kat inspireert tot verhalen en prachtige poëzie. Tegelijkertijd geven ze ons een gevoel van kalmte. Als we alleen naar onze kat kijken, worden we al bijna zen. Ik durf zelfs te geloven dat een schrijver een kat nodig heeft om te kunnen werken. Katten zijn rust. Ze zijn er voor ons als we behoefte hebben aan gezelschap. Verder liggen ze in de boekenkast, op de droger of spinnen ze op de vensterbank. Als we de krant lezen, kruipt ons geliefde huisdier precies op de column die we net wilden gaan lezen. Deze huisdieren zijn aaibaar, maar toch eigenzinnig. Een kat wil bij je zitten of heeft daar net even geen behoefte aan. Dan zet hij zijn nagels in je been en springt van je schoot. Een kat laat geen sociaal wenselijk gedrag zien. Hemingway zei al: ‘A cat has absolute emotional honesty: human beings, for one reason or another, may hide their feelings, but a cat does not.

Veel schrijvers hebben een kat nodig om te werken. Het gezellige gespin op je schoot, naast je computer of bovenop je manuscript geeft je een gevoel van tevredenheid. Toen ik een kort verhaal schreef voor de bundel Meliefje, Meliefje, wat wil je nog meer, hoefde ik niet lang na te denken over welk dier ik wilde schrijven. Er moest een kat in de hoofdrol. Ik organiseerde een fotoshoot met onze zestienjarige kater Casper. Gehoorzaam liet hij zich meeslepen van de tuin naar de boekenkast voor een paar kiekjes. Alsof hij voelde dat dit zijn laatste publieke optreden was. Want afgelopen week is mijn kat ingeslapen. Natuurlijk heeft hij een mooi leven bij ons gehad. Maar de oorverdovende stilte galmt door ons huis. De tuin is uitgestorven en de zolder verlaten.

Als schrijver schijn je drie dingen nodig te hebben. Een notitieblokje, inspiratie en een kat. Waarschijnlijk wil ik daarom de herinneringen aan hem levend houden. Want ik ben ook zo’n schrijver die een kat nodig heeft om te werken.

Deze column verscheen eerder in de Boekenkrant, editie juli 2014

Berichten gemaakt 867

2 gedachten over “Column Aefke ten Hagen: Een notitieblokje, inspiratie en een kat

  1. Aefke, gecondoleerd met je grote verlies, ik snap het ookal ben ik geen schrijver , ik heb mijn kat nodig. Nu ik ziek ben ligt hij naast, op of bij me te knorren en daar word ik blij en rustig van. Hij is nu 12 en wordt een echte ouwe vent met af en toe kwajongensstreken. Hoop dat hij nog even bij me blijft.
    Sterkte,
    Groetjes,
    Marjolein

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven