Boekfragment: Bladgoud

In Bladgoud leggen klimaatspecialist Reinier van den Berg en coauteurs Suzanne Valkman (hoofd Bossen Wereld NatuurFonds) en Simone Groenendijk (directeur Trees for All) uit wat precies de onschatbare waarde van bomen inhoudt. Ze doen dit aan de hand van vier waarden: klimaat, habitat voor flora en fauna, gebruikswaarde en gezondheid. 

FOREST BATHING 
Suzanne Valkman 

Toen ik jong was, was ik iedere dag in het bos te vinden. Ons huis stond in de eerste Vinex-wijk van Nederland en was gebouwd te midden van het bos. Alle lanen in de wijk Emmerhout hadden Oudsaksische namen en waren vernoemd naar oude Drentse bossen en een Gronings bos. Zo ben ik geboren aan de Laan van de Iemenhees, vernoemd naar een bossage waar bijen werden gehouden, vlak bij Exloo. Later ben ik verhuisd naar de Laan van de Marel, vernoemd naar een kreupelhoutbos in de buurt van Drouwen. Mijn vriendinnetje woonde aan de Laan van de Bork – een berkenbomenbos bij Dwingeloo – en ik had muziekles aan de Laan van het Kinholt; een bos op de oever van de Oude Diep bij Hoogeveen. Dat ik ‘iets’ met bos heb, is met deze achtergrond misschien niet zo gek. Ik fietste ’s ochtends door het bos naar school en ’s middags speelde ik uren in het bos. Bij afwezigheid van broertjes of zusjes waren de bomen en alle dieren mijn familie. 
Pas toen ik ouder werd en verhuisde naar plekken en landen waar soms nauwelijks vegetatie te vinden was, werd ik mij bewust van mijn diepe verlangen om regelmatig in het bos te zijn. Om me te ontladen of om op te laden; ik wist het niet eens goed, maar in een bos voelde ik me thuis. 

Toen ik een paar jaar geleden voor het eerst las over forest bathing, ofwel ‘bosbaden’, vond ik dat een beetje hip gedoe. Waarom moeten we opeens een gewoon bezoek aan het bos een hippe naam geven? Oude wijn in nieuwe zakken, zoals Peter Wohlleben dat omschrijft in zijn boek De geheime band tussen mens en natuur. Toch heb ik me voor dit boek wat verder verdiept in het concept en moet ik concluderen dat de methode voor zelfs een ervaren bosbezoeker als ik nieuwe, waardevolle inzichten kan geven. 
De oorsprong van bosbaden wordt toegedicht aan Japan, waar het shinrin-yoku genoemd wordt. Shinrin in het Japans betekent ‘bos’ en yoku betekent ‘bad’. Het concept werd begin jaren tachtig geïntroduceerd door de Japanse bosbeheerinstanties om meer aandacht voor bossen te krijgen. Dat lukte! Het werd onderdeel van natuurtherapie om stress, angst en oneigenlijke emoties te kalmeren, en om te helen van ziekte, trauma en karma. Bosbaden wordt inmiddels in Japan zelfs door de zorgverzekering vergoed. 

De positieve effecten 
Wetenschappelijk onderzoek naar de psychologische effecten van bosbaden is begonnen in 1990. Al snel werd duidelijk dat het nemen van een ‘bosbad’ op korte termijn de hartslag omlaag brengt en de ademhaling verdiept, waardoor er na een half uur al de helft minder stresshormonen in het bloed te vinden is. Aangezien aanhoudende hoge niveaus van stresshormonen een slechte invloed heeft op bijvoorbeeld de nieren en de hersenen – met name de frontale cortex verantwoordelijk voor het geheugen en het maken van beslissingen – is een tijdelijke verlaging van deze hormonen heel goed. Vooral vlak voor het slapengaan zorgt een bosbad voor sneller inslapen en een diepere slaap van betere kwaliteit. Overdag kan het baden verkwikkend en verhelderend werken. Alle reden dus om dit met enige regelmaat te doen. Zo is het nu bij veel bedrijven in Japan zelfs verplicht om een bosbad te nemen tijdens de lunch. Hierdoor zouden werknemers beter presteren en uiteindelijk minder snel uitvallen. 

Boekgegevens

Reinier van den Berg e.a., Bladgoud. De onschatbare waarde van bomen, Uitgeverij Royal Jongbloed, 208 pagina’s (€ 20,99)

Dit fragment verscheen eerder in de Boekenkrant, editie januari 2020.

Berichten gemaakt 5312

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven