‘Ik zag in Zuid-Afrika een baviaan een blikje uit een automaat halen. Hij opende het en dronk het leeg. Die aanblik verbijsterde me: ik zag niet een oeragressie of primitief gedrag, wat we gewoonlijk associëren met dieren. Ik zag iets heel intelligents, een menselijke motoriek. Soms denk je dat dier en mens ver van elkaar verwijderd zijn. En dan blijkt ineens dat de mens inderdaad uit het dier voortkomt, het dier is.’
Slechte schrijvers
Willem Zundap schrijft een roman. Hij mislukt echter hopeloos en degradeert tot auteur van radioteksten. Van drie tot zes is Brusselmans’ 56e boek. Wat typeert de slechte schrijver?