Recensie: Het wapen van Sjeng

Rijden op zeepaardjes, achterna gezeten worden door een grote mechanische haai en dagenlang in een buis liggen. Het maakt allemaal onderdeel uit van de surrealistische reis die hoofdpersoon Chef maakt in Het Wapen van Sjeng van Pepijn Lanen.

Als het mythische figuur, de Blauwe Ridder, de wereld van HEN wil vernietigen krijgt eersteklas flierefluiter Chef de taak om hem te vinden. Samen met Anton, zijn gids met een wespenaccent, volgt hij geheimzinnige kaarten die leiden naar het minuscule kruisje op de Trans-Atlantische vlakte. Maar naarmate hun reis op zeepaardjes vordert en ze de Verzonken Stad naderen, wordt duidelijk dat de relatie tussen Chef en de Blauwe Ridder complexer is dan gedacht.

Pepijn Lanen, ook wel bekend als rapper Faberyayo van onder andere De Jeugd van Tegenwoordig brengt met Het Wapen van Sjeng een surrealistische roman uit die zich niet laat vastpinnen in één genre. Het heeft fantasy-invloeden door de wereld die Lanen heeft gecreëerd, thrilleraspecten door de velen personages met twee gezichten en een literaire, filosofische inslag door de achterliggende boodschappen. Toch laat het boek zich het best omschrijven als een feest der contrasten. Denk aan personages die lijnrecht tegenover elkaar staan en niet altijd blijken wie ze in eerste instantie zeggen te zijn. Ze hebben vaak wel aardse gewoontes, zoals het luisteren naar Uptown Girl, maar dit doen ze in een wereld waar bijvoorbeeld octopussen achter de bar de glazen poleren.
Deze contrasten manifesteren zich voornamelijk in de afwisselende schrijfstijl van Lanen. Zo schrijft hij: ‘Tijdens het pissen bedacht ik dat ik timmerman zou worden’, om een paar pagina’s later te vervallen in een haast poëtische, gedetailleerde vorm van schrijven: ‘Naast de ingang viel het licht van buiten door de verticale sleuven in lange banen naar binnen en op de grond. Alsof het gebouw het had onderworpen aan zijn wil en het niet anders kon dan gehoorzamen lag het daar op de kilte van de luxe stenen vloer.’

Het Wapen van Sjeng zet aan tot denken door de filosofische inslag, quotes als: ‘Iedereen is bang. Zo zijn we genetisch aangelegd. Als onze instincten ons niet constant de stuipen op het lijf hadden gejaagd waren we het paleolithicum niet eens uitgeëvolueerd. Je kan je leven niet laten leiden door angst’, vormen dan ook geen uitzondering maar de regel. Deze filosofische insteek gaat gepaard met scherpe observaties, voorzien van Lanen’s eigen unieke beeldspraak. ‘Ik zit aanvankelijk te kutten met de schroefdop maar het lukt en ik neem een beschaafd slokje en denk bourbon te proeven. Die diepzoete smaak is als een warm washandje in mijn nek.’
Het is dezelfde gedetailleerdheid die mist in het verhaal an sich. Lanen heeft een wereld gecreëerd die dermate complex is dat het verhaal niet altijd te volgen is. In de meerdere flashbacks met catchy titels als ‘Flashback: Chef krijgt een taakje’ en ‘Flashback kort dit keer: het cryptoanarchisch virus’ wordt het verhaal van hoofdpersoon Chef en zijn verhoudingen tot de HEN en de Blauwe Ridder ontvouwd, maar hier mist enige duiding om het verhaal echt begrijpbaar te maken en mee te kunnen leven met de personages.
Rond het einde van het verhaal pakt Lanen dit weer op door een korte samenvatting te geven in de vorm van een gedachtegang van Chef, waarin hij nog een keer alles doorneemt wat hem op de reis is overkomen. Het Wapen van Sjeng is uniek in zijn soort en schittert door de vele contrasten die Lanen doorvoert. Hoewel het enige duiding mist, is het een prikkelend, prachtig geschreven verhaal.

Boekgegevens

Pepijn Lanen, Het Wapen van Sjeng, Uitgeverij Ambo|Anthos, 248 pagina’s (€ 20,99)

Deze recensie verscheen eerder in de Boekenkrant, editie juni 2019

Berichten gemaakt 867

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven