Recensie: Alles! En wel nu!

Woodstock, Provo, de Parijse studentenrevolte, de Maagdenhuisbezetting en voor het eerst naakt op tv. Historicus Piet de Rooy probeert met zijn boek Alles! En wel nu! orde te scheppen in de gebeurtenissen van een woelig decennium. 

Door Hugo Jager

‘Wat is het nut van geschiedenis?’ Toen ik docent was kreeg ik die vraag regelmatig naar mijn hoofd geslingerd. Mijn gedachten gingen dan onmiddellijk uit naar mijn historische held Johan Huizinga, schrijver van Herfsttij der Middeleeuwen. Volgens hem is geschiedenis de geestelijke vorm, waarin een cultuur zich rekenschap geeft van haar verleden. Huizinga ging daarbij uit van een ‘historische sensatie’, een plotselinge emotie die je beleeft bij een direct contact met het verleden. Dat ideaal van een geschiedeniservaring waarbij het tijdsverschil lijkt weg te vallen, wilde ik mijn leerlingen graag voorhouden. 
Piet de Rooy bespreekt de definitie van Huizinga aan het eind van zijn boek en leidt eruit af dat voor de historicus in deze tijd een morele taak weggelegd is. Tegelijkertijd beschouwt hij de geschiedenis veel meer als een proces dat je niet kunt beïnvloeden. Het is voor hem een ‘onvoorspelbaar en wreed wisselbad’, waarbij ‘onvoorziene voorspoed wordt afgewisseld door onverhoedse rampspoed’. De gebeurtenissen van de jaren zestig zijn daarop in zijn visie geen uitzondering. Het laat de betrekkelijkheid van de gebeurtenissen zien. De periode was met de Parijse revoltes van 1968 en een jaar later met Woodstock in de Verenigde Staten nog maar nauwelijks op gang of het wisselbad van de geschiedenis maakte er met de oliecrisis een eind aan. 
Als we denken aan de jaren zestig draait het volgens de historicus om twee groepen die veel aan elkaar hadden: de journalisten en de rebellen. Journalisten zagen het niet langer als hun taak om onpersoonlijk verslag te doen, terwijl de rebellen vonden dat ze woordvoerders waren van een nieuwe jeugdcultuur. Het gevolg was dat de rebellen leden aan zelfoverschatting en de journalisten de nieuwe moraal van de rebellen veel te serieus namen. 
Aan nieuwe moralen geen gebrek. De protestgeneratie lijkt doordrongen van de opvatting dat alles anders en beter moet. Demonstraties tegen de oorlog in Vietnam en atoombewapening en ongeregeldheden tijdens het huwelijk van prinses Beatrix met Claus van Amsberg zijn daarvan belangrijke voorbeelden. Het lijkt alsof de vooroorlogse generatie tegenover de protestgeneratie kwam te staan. De historicus relativeert dit generatieconflict en toont aan dat de vertegenwoordigers van die protestgeneratie veelal ook voor de oorlog waren geboren.
De Rooy haalt veel literatuur aan en geeft interessante analyses. Wat ik in zijn boek mis, zijn nauwkeurige beschrijvingen van hoe de gebeurtenissen van de jaren zestig verliepen. Het is alsof je leerlingen theorieën voorlegt, maar in de korte tijd van een les helaas niet aan de verhalen toekomt die de geschiedenis van een tijdperk zo beeldend maken. De les is daarmee niet zo zeer een unieke ervaring, maar zeker een enthousiaste aansporing om verder te lezen.

Boekgegevens

Piet de Rooy, Alles! En wel nu! Een geschiedenis van de jaren zestig, Uitgeverij Wereldbibliotheek, 223 pagina’s (€ 20,00)

Deze recensie verscheen eerder in de Boekenkrant, editie mei 2020.

Berichten gemaakt 5308

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven