Oogjes dicht en snaveltjes toe

Vijftig jaar geleden sloeg Meneer de Uil voor het eerst De Fabeltjeskrant open om het laatste nieuws uit het Grote Dierenbos te delen. Voor de kijkbuiskinderen van toen is er goed nieuws, want Bor de Wolf, Juffrouw Ooievaar en Lowieke de Vos zijn terug!

Door Nicole van der Elst

Nederland maakte voor het eerst kennis met het Grote Dierenbos op 29 september 1968, de dag waarop De Fabeltjeskrant voor het eerst op televisie te zien was. Wie opgroeide in de jaren zestig, zeventig en tachtig kon bijna niet om de populaire serie heen. De dieren beleefden avonturen op  televisie, in het theater en de bioscoop, maar hun beeltenissen prijkten ook op menig legpuzzel, klapstoeltje, handdoek, beschuitblik en bouwplaat.

Jubileum

Het vijftigjarig jubileum van deze oer-Hollandse productie gaat dit najaar dan ook niet onopgemerkt voorbij. En dat is vooral goed nieuws voor diegenen die altijd al eens oog in oog hebben willen staan met Truus de Mier, Stoffel de Schildpad of een ander favoriet personage. Op de tentoonstelling ‘Fabeltjesland,een reis door 50 jaar Fabeltjeskrant’ in Rotterdam, zijn tot 6 januari namelijk meer dan vijfenveertig poppen en decors te bewonderen. Daarnaast krijg je een kijkje in de ontstaansgeschiedenis van de serie, waarbij opvalt dat de makers eind jaren zestig beperkte middelen tot hun beschikking hadden. Toch draait de tentoonstelling niet alleen om nostalgie, want de jongere kijkbuiskinderen kunnen zich bijvoorbeeld uitleven in de werkplaats van Ed en Willem Bever.

Gelijktijdig met de opening van de tentoonstelling werd het jubileumboek Hallo, Meneer de Uil gepresenteerd. Journalist Patrick Bremmer dook hiervoor in de roemruchte geschiedenis van De Fabeltjeskrant en sprak daarvoor met verschillende oud-medewerkers van het televisieprogramma. Het boek staat dan ook vol met anekdotes en leuke wetenswaardigheden. Zo deden de makers van de allereerste Meneer de Uil-pop inspiratie op bij de gelijksoortige vogels in Artis, werd het gele en blauwe vilt voor het gevederte gekocht op de Albert Cuypmarkt en is het bekende Praathuis geïnspireerd op café-slijterij Oosterling in Amsterdam, waar schrijver Leen Valkenier vaak te vinden was.

Naast aandacht voor de makers en de totstandkoming, biedt Hallo, Meneer de Uil ook een breder perspectief. Zo bespraken de inwoners van het Grote Dierenbos onderwerpen die op dat moment in de maatschappij speelden, zoals de komst van gastarbeiders en zure regen. Daarnaast richtten zij met de komst van de eerste McDonald’s in Nederland begin jaren zeventig hun eigen fastfoodrestaurant op: Piet’s Smikkelpaleis. Ook laat Bremmers zien dat de serie ons taalgebruik heeft beïnvloed. ‘Kijkbuiskinderen’ werd al snel opgenomen in de Dikke van Dale, maar ook kreten als ‘tuut-tuut-tuut-tuut’ of ‘Hatsikidee!’ hoor je nog steeds regelmatig.

Terugkeer

Met dezelfde beroemde kreet van Lowieke de Vos kondigde producent Robin de Levita op Twitter aan dat er in 2019 weer nieuwe afleveringen aankomen. Eerst met een eenmalige special en later in het jaar zal er weer elke dag een nieuwe Fabeltjeskrant te zien zijn. Levita vertelde eerder in de Telegraaf dat het bos naar onze huidige tijd wordt verplaatst, maar dat de dieren nog steeds van vilt zullen worden gemaakt, zodat het programma ook voor de eerste generatie kijkers herkenbaar blijft.

Het Grote Dierenbos maakt echter niet alleen zijn rentree op televisie, vanaf 19 december keren de personages ook terug op het witte doek in de animatiefilm De Fabeltjeskrant: de Grote Dierenbos-spelen. Hiervoor hebben verschillende partijen meer dan vier jaar gewerkt aan de digitalisatie van de poppen uit de originele televisieserie. Het is opvallend dat de dieren aan herkenbaarheid niets hebben ingeboet, maar dat ze door een digitale make-over wel een stuk soepeler bewegen. Georgina Verbaan, Richard Groenendijk, Loes Luca en Armin van Buuren spreken de stemmen in, maar er keert ook een oude bekende terug. Elsje Scherjon, de stem van Mevrouw Ooievaar in de oorspronkelijke serie, maakt ook in deze film haar opwachting.

De komende maanden kun je dus rustig met een glaasje grenadine achteroverleunen en de terugkeer van De Fabeltjeskrant bespreken met de jonge en oude kijkbuiskinderen om je heen.Niet bij het koffiezetapparaat, maar in het Praathuis van Bor de Wolf natuurlijk!

Boekgegevens

Patrick Bremmers, Hallo, Meneer de Uil. 50 jaar Fabeltjeskrant, Uitgeverij Rubinstein, ISBN: 9789047625803, 128 pagina’s (€22,99)

Dit artikel verscheen eerder in de Boekenkrant, editie 3 december 2018.

Berichten gemaakt 5308

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven