Les één voor de geslaagde stiefmoeder: kijk de andere kant op en beeld je vooral niet in dat je eigen ideeën over opvoeden (zoals ‘Ik ben hier de baas’) iets zouden kunnen bijdragen.
Claire Paagman, haar man Axel en zijn zestienjarige dochter Josefien vormen een hecht en bijna echt gezin. Dan vertrouwt Josefien haar stiefmoeder een geheim toe. En juist vanaf dat moment, wanneer Claire denkt dat ze er helemaal bij hoort, gaat het volledig mis…
De stiefmoeder is een humoristisch boek, maar ook een met een harde realiteit: het samengesteld gezin is als los zand…
‘Als onderdeel van een samengesteld gezin ben je in feite niks van elkaar. Het is een essentieel verschil met het biologische gezin en ouderschap, waar iedereen een bloedband heeft. Dat verschil vormt voor veel stiefmoeders een valkuil: ze denken dat ze een moeder zijn. Maar alle blijken van vertrouwen en intimiteit zijn voorwaardelijk. En de partner, in dit geval de vader, zit altijd tussen twee werkelijkheden in: die van de liefdesband en die van de bloedband. Welke van de twee is uiteindelijk sterker? Je hebt dan misschien een gezellig en hecht stiefgezin, maar als er druk op de ketel staat, kan de zaak anders komen te liggen.’
Je spreekt over de partner. En de positie van het kind dan?
‘Drama van het kind in een samengesteld gezin is de intrinsieke loyaliteit aan de biologische ouders. Het kind wil maar één ding: dat de ouders weer bij elkaar komen. Je vader heeft een andere vrouw dan je moeder geprefereerd, dat levert een heel pakket aan omstandigheden op.’
Zelf ben je toch ook stiefmoeder?
‘Stiefmoeder light, zo noem ik mezelf. Mijn man heeft een dochter, maar ik heb nooit met haar samengewoond. Dan had het onderwerp ook te dicht bij me gestaan en had ik er niet over geschreven. Nu is mijn roman volstrekt fictief, maar je moet natuurlijk altijd wel een beetje weten hoe het voelt. Mijn boek gaat ook over wat elke stiefmoeder heimelijk wenst. Claire denkt op een gegeven moment: als jullie besluiten mij te willen zien als de boze stiefmoeder, dan kun je het krijgen ook!’
Voorheen schreef je juist over bloedbanden, nu over stiefmoederschap. Waarom?
‘Omdat ik plotseling besefte er nooit over te hebben geschreven. Gezinssituaties zijn aantrekkelijk, omdat je samen leeft in een snelkookpan. Er zijn spanningen, machtsgeschillen, maar je zit met elkaar aan de ontbijttafel en moet altijd samen door. De stiefmoeder heeft veel boosaardige connotaties, wat het voor mij extra interessant maakte. Dat geeft een ingebakken conflict en conflict is de brandstof van de literatuur. Neem een conflict en het gaat automatisch broeien.’
Maar is liefde niet een bindende factor in álle gezinnen, ook die met een stiefmoeder?
‘Liefde, zo weten we ook, kan de werking van de hersens tegengaan. Het is een soort magisch denken, een zinsbegoocheling. In het geval van een knip-en-plakwerkgezin maakt liefde ons wijs dat er sprake is van eensgezindheid. Maar pas als het gaat stormen, merk je op welk fundament je staat.’
Renate Dorrestein, De stiefmoeder, Uitgeverij Podium, ISBN 978 90 575 9460 1 (€ 17,50)