‘Ik las, na een lovende recensie van Herman de Coninck, een boek van John Hull. Touching the rock – an experience of blindness. Hij vertelt over zijn ervaringen met blindheid: hoe hij blind werd, en hoe hij daarna een nieuwe, zintuiglijke wereld ontdekt heeft. In Luchtgezichten wordt Lana blind, haar netvlies laat los. Onherstelbare schade die haar dwingt op een andere manier te leven. Tot het laatst probeert ze zich vast te klampen aan de wereld van de zienden. Ze schildert, en doet dit tot het laatst. Ze oefent zonder veel overtuiging met een sjaal voor haar ogen. Pas als op een middag het laatste restje licht uitgaat, kan ze niet anders dan zich aan haar nieuwe situatie aanpassen.’
Metafoor
Lana is de metafoor voor het verlies. Ze verliest haar vader, daarna haar zicht, en dan haar moeder die dement wordt. Ook verliest ze een liefde.
‘Lana en Lambert zijn twee mensen die elkaar op drie punten in hun leven ontmoeten. Eerst als kind, daarna als student, daarna in de middelbare leeftijd. Ze houden van elkaar, zonder twijfel, maar ze geven niet toe aan hun gevoelens. Aarzelend zoenen ze elkaar een keer, om vervolgens beiden hard weg te lopen. Ze nemen de verkeerde beslissingen en denken dat ze elkaar niets te bieden hebben. De eerste twee keer was ze jong en niet gewapend tegen afscheid nemen – omdat jongeren daar nu eenmaal niet op gericht zijn. Als mensen ouder worden gaat dat minder moeilijk. Je realiseert je dat het leven een keer eindigt. Twee keer gaan ze door omstandigheden uit elkaar, zeer tegen hun zin. De derde keer echter neemt Lambert de beslissing Lana te verlaten. Ze is er nu beter tegen bestand, hun naderende afscheid krijgt daardoor een mooiere stemming.’
Tragiek
Door de tragiek van de personages en het verlies dat een grote rol in de ontwikkelingen speelt, heeft Luchtgezichten een weemoedig karakter. Ook de lucht zélf speelt in die weemoed een grote rol. ‘De lucht brengt Lana en Lambert aanvankelijk bij elkaar. Maar terwijl Lana allerlei figuren in de wolken herkent en de typen wolken bij naam kent, weet Lambert er niets van.
Lana schildert wolkenluchten. Via die luchten denkt ze aan Lambert terug. Ze wil zich de hemel herinneren als ze haar zicht verloren is, en houdt vast aan de wetenschap dat het allerlaatste dat ze zag voor het helemaal donker werd, de wolkenlucht was. Als ze blind is, wil ze op aanwijzingen van Lambert nog een wolkenlucht schilderen. Ze toont hem lijsten waarop hij haar eerdere luchten ziet, en figuurtjes die ze klein, tegen de horizon aan, heeft geschilderd. Twee figuurtjes die de grootsheid van de omgeving en hun eigen nietigheid accentueren. Twee figuurtjes die elkaar bijna aanraken. Mensen die elkaars geliefde zouden kunnen zijn, maar de laatste stap vergeten te zetten…’
Gie Bogaert, Luchtgezichten, Uitgeverij Podium, ISBN 978 90 575 9403 8 (€ 16,00)