Interview: Dirk Speelman

Rode nevel is het thrillerdebuut van Dirk Speelman, die professor taalkunde is aan de KU Leuven. Het schetst een duister beeld van een nabije toekomst waarin de samenleving gedomineerd wordt door klimaatverandering, big data en artificial intelligence.   

Door Istvan Kops 

In 2054 ziet onze wereld er bijzonder grimmig uit. De klimaatverandering heeft het leven op aarde bijna onmogelijk gemaakt. Een visionaire ondernemer bouwt ondertussen aan plannen om de toekomst van de mensheid veilig te stellen. Een toekomst die zich als het aan hem ligt niet op onze aarde zal afspelen. In het voormalige Amazonegebied wordt hard gewerkt aan Space Valley, een kilometerslange aaneenschakeling van hightechbedrijven die zich allen met de ruimtevaart bezighouden. Ondertussen ziet inspecteur Ana Díaz zich gesteld voor een verdacht sterfgeval. Als ze besluit de zaak nader te onderzoeken, wordt ze door diverse duistere krachten tegengewerkt.  

Hoe reëel is het toekomstperspectief dat je in het boek schetst? 
‘Ik denk niet dat onze wereld er in 2054 precies zo uit zal zien zoals ik in Rode nevel heb beschreven. Toch denk ik dat de klimaatverandering veel meer consequenties gaat hebben dan we zouden willen. Het gaat alleen heel erg geleidelijk, zodat we er minder bij stilstaan dan zou moeten. De coronacrisis toont dat we ons snel kunnen aanpassen als dat direct nodig is, maar er is een groot verschil tussen deze crisis en het klimaat. Het virus kwam heel snel. Het gevaar bij de klimaatverandering is dat het juist heel langzaam gaat. Er is niet één moment waarop alles de mist in gaat. Daarom wilde ik de lezer meenemen naar de toekomst, zodat je wél die uiterste consequenties kunt zien.’ 

Is dit boek slechts een moordmysterie of heb je nog een boodschap mee willen geven? 
‘In eerste instantie wilde ik een spannend verhaal dat ook aangenaam is om te lezen. Ik heb niet al te nadrukkelijk een boodschap mee willen geven, maar ik wilde de lezer wel de mogelijkheid geven om iets op te steken over de verschillende mogelijke toekomstscenario’s voor onze planeet. Ik denk dat virtuele realiteit en andere technologieën waarbij je steeds moeilijker het verschil kunt maken tussen wat echt is en wat niet, een veel belangrijkere rol in ons leven gaan spelen. Dit boek is daarnaast een pleidooi voor zogeheten explainable artificial intelligence; we moeten blijven begrijpen waarom software op een bepaalde manier reageert en ervoor waken dat deze geen ongewenste beslissingen voor ons gaat nemen.’ 

Had dit verhaal zich ook in de huidige tijd af kunnen spelen? 
‘Ik wilde een herkenbare context, maar ik wilde het heden extrapoleren en daarvoor had ik dertig jaar nodig. Naast de klimaatkwestie wilde ik ook de verdere opmars van artificiële intelligentie en nanotechnologie een veel groter aspect laten uitmaken van het verhaal dan mogelijk was geweest wanneer het zich in het heden had afgespeeld.’  

Waarom speelt het verhaal zich eigenlijk af in Brazilië?  
‘Voor wat betreft het moordmysterie vond ik het geen slecht idee om een exotische locatie te nemen. In Europa vinden we het daarnaast vanzelfsprekend dat we het centrum van de wereld zijn. Ik vond het daarom mooi om een belangrijke toekomstige evolutie niet daar plaats te laten vinden. Het is niet zo vanzelfsprekend dat technologische ontwikkelingen vooral plaats gaan vinden in onze westerse democratische wereld.’  

Hoe zorg je ervoor dat je de lezer niet overstelpt met te veel wetenschappelijke informatie? 
‘Dat was een grote uitdaging. Bij onderzoek horen vaak taaie, wetenschappelijke teksten, maar nu wilde ik graag iets schrijven dat vlot wegleest. Tegelijk wilde ik mijn personages wel levensecht maken, dus als een onderzoeker aan het woord is, moet hij wel echt als een onderzoeker klinken. Ik ontkwam daardoor niet aan de technische taal die bij wetenschappers hoort. Het hoofdpersonage Ana is echter geen wetenschapper en weet net zo weinig van de wetenschap af als de meeste lezers. Ze is iemand die voortdurend op zoek is naar de waarheid en de zingeving van het leven, maar ook naar haar eigen plaats in het leven. Doordat zij voortdurend vragen blijft stellen, komt de lezer hopelijk meer te weten over zaken als artificiële intelligentie.’ 

Was het als fictieschrijver fijn om even de fantasie de vrije loop te kunnen laten? 
‘Als tiener schreef ik al graag verhalen. Eén van de grootste complimenten die ik toen kreeg was van een leraar Nederlands die mij van plagiaat beschuldigde. Hij geloofde niet dat een vijftienjarige een dergelijke tekst kon schrijven. Wetenschappelijk onderzoek is op zich een heel creatieve bezigheid, maar het is slechts tien procent van al het werk. Je moet vooral heel veel verifiëren of alles klopt. Bij het schrijven van fictie speelt creativiteit een veel grotere rol en het is soms heel bevrijdend om de wetenschappelijke jas ook uit te kunnen trekken. Toch kon ik die achtergrond niet helemaal uitschakelen. Ik wilde geen verhaal schrijven dat onverzoenbaar is met het wereldbeeld van de wetenschapper in mij.’ 

[styled_box  title=”Boekgegevens”]Dirk Speelman, Rode nevel, Uitgeverij Manteau, 319 pagina’s (€ 21,99)

Dit interview verscheen eerder in de Boekenkrant, editie mei 2020.

Berichten gemaakt 5308

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven