Boekfragment: Tussentijd

De succesvolle jonge zakenman Damian krijgt de schok van zijn leven als hij zijn broer Paul op tv ziet. Paul is op zijn vijftiende het verstikkende milieu thuis in Nederland ontvlucht en heeft sindsdien niets meer laten horen. Damian neemt een rigoureuze beslissing en stapt op het vliegtuig: hij gaat zijn broer opzoeken.

4 juli 
Voor het eerst sinds jaren kijkt mijn broer mij recht aan. Dat ik hem wel zie en hij mij niet, vind ik tekenend voor onze relatie. 
Ik ben in een hotel als ik hem zie. Ik ben net terug uit Parijs en moet morgen om zes uur ’s ochtends mijn vlucht naar Londen halen voor een bespreking over een vastgoeddeal. Al maanden ben ik ermee bezig ben en eindelijk zullen mijn inspanningen, als alles goed gaat, resultaat opleveren. Er moeten nog maar een paar punten worden besproken, waarna de handtekeningen onder deze miljoenendeal kunnen worden gezet. Het is een grote deal, met veel belangen. Zakendoen met de Engelsen vraagt om alertheid. Ik heb al meer dan eens meegemaakt dat ze zich op het allerlaatste moment, zelfs na een mondelinge toezegging, doodleuk uit een onderhandeling terugtrokken. 
Ik bel Julie om onze eetafspraak van vanavond af te zeggen.
‘Je kunt niet zo lastminute afbellen, Damian. We hebben elkaar al drie weken niet gezien.’ Ze vraagt zich hardop af of onze relatie nog wel zin heeft. Ze geeft aan dat we veel te weinig tijd met elkaar doorbrengen, dat ik haar weinig aandacht geef en dat ze zich eenzaam voelt. Ik zeg dat ik de manier waarop zij en ik met elkaar omgaan, waaronder de frequentie, prima vind. Ik ben met mijn hoofd bij mijn werk en heb geen zin om hier nu over na te moeten denken. 
Julie verbreekt de verbinding. Ik bedenk dat ik het later goedmaak door in Londen bij Bulgari iets moois voor haar te kopen. 
Als ik de tv aanzet, kom ik op de bbcterecht, bij een programma waar een man in de camera kijkt met op de achtergrond een strand met wuivende palmbomen. Dit programma heb ik eerder gezien. Het gaat over mensen die hun westerse leventje, met alle sores van dien, achter zich laten, hun boeltje pakken en op zoek gaan naar hun ultieme woonplek. Ze settelen zich vervolgens in de middle of nowhere: aan de voet van een actieve vulkaan, midden in een tropisch regenwoud of in een rotspartij in Utah. Hun huizen hebben ze altijd eigenhandig gebouwd, vaak van materialen die de natuur ze biedt of die voorhanden zijn. Soms leven ze off the grid; zonder elektriciteit of stromend water. 
Het geeft mij altijd een dubbel gevoel. Ergens begrijp ik dat ze zich willen ontworstelen aan de ratrace van het leven, maar ik vraag me altijd af of deze mensen wel zo gelukkig zijn als ze zich voordoen. Ik ben geen fan van wegvluchten, want je neemt uiteindelijk jezelf altijd mee. Degenen die aan het programma meedoen, zijn altijd wat zonderling. Zodra er kinderen in het spel zijn, vind ik ze naast zonderling ook egocentrisch. Blijkbaar denken ze dat hun kinderen voorgoed klein zullen blijven, want over hoe het verder met ze moet als ze ouder worden, wordt niet nagedacht. Hoe moeten die kids zich redden in een wereld waar ze niets van weten? 
Op het moment dat ik wil zappen, zie ik linksonder in het beeldscherm een bekende naam in een blauw kader verschijnen. Ik kijk nog een keer goed naar het gezicht op het scherm, spring uit bed, ga op het voeteneind zitten en druk de recordknop van de afstandsbediening in. 

Boekgegevens

Erik Hensel, Tussentijd, Uitgeverij Luitingh-Sijthoff, 224 pagina’s (€ 18,99)

Dit boekfragment verscheen eerder in de Boekenkrant, editie juli 2020. 

Berichten gemaakt 5308

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven