Boekfragment: Sintel en as

Sintel draagt het teken van de Vuurmoeder, de vulkaan die het hele koninkrijk As in haar greep houdt. Als dochter van de tirannieke Ká weet ze dat hun land een strenge leider nodig heeft. Maar dan gebeurt wat ze onmogelijk achtte: haar vader valt en zijn moordenaar neemt de troon over…

Baskar grijnst, waardoor zijn knappe gezicht wordt opgelicht. Zijn vingers rusten in mijn nek. Heel even voel ik de warmte van zijn adem als zijn lippen de mijne beroeren en meteen weer verdwijnen. Nooit een echte kus. Zelfs hier, verborgen tussen de kleine, platte huisjes van de stad die aan de andere kant van het grote Calderameer ligt, waar de ogen van mijn vader ons echt niet kunnen volgen, houdt hij zich in.

‘Kom terug naar het paleis, mooie Vyakha,’ bromt hij. ‘Voor de Ká opmerkt dat je vermist bent. Ik vrees dat hij me anders degradeert van Rijder naar kindermeisje.’

Ik lach, maar ik weet dat hij gelijk heeft. Als dochter van de Ká kan ik het me niet veroorloven om zomaar te verdwijnen. Vooral niet vandaag, op de gedenkdag van mijn moeder. ‘Het lijkt alsof Hadatta vandaag feestviert.’ Mijn ogen dwalen weer naar de vlaggetjes.

‘Een bruiloft, heb ik gehoord.’

‘Ik zou willen dat we konden blijven. Jij en ik.’ Ik laat mijn hand in zijn veel grotere hand glijden en kijk hem met een lief glimlachje aan. ‘Dan hoef ik niet Sintel va-Assai te zijn en jij niet een Skarnische bastaard.’

Uit een andere mond zou dat een belediging zijn, maar ik weet dat hij het uit de mijne zal pikken. Vooral omdat ik die mond vervolgens naar zijn wang breng en langzaam omhoog laat glijden. Ik hou van die ruwe stoppels en zijn donkere wenkbrauwen. Het meest houd ik van zijn felblauwe ogen, die altijd glinsteren alsof hij aan iets denkt dat zowel ongepast als grappig is. Ik beweeg mijn lippen langzaam naar zijn oor. ‘Het kan me niet schelen dat je een bastaard bent,’ fluister ik. ‘En ook niet dat je Skarnisch bent. Mijn moeder kwam uit Skarn. Uitgerekend vandaag zou appá dat moeten accepteren.’

Baskar woelt even met zijn hand door mijn haren. ‘Wie weet, Hoogheid, als de Ká me goedgezind is. Of misschien wanneer uw broer de Ká is. Maar vandaag hebt u andere verplichtingen.’

Bij Vuurmoeder, hij heeft gelijk. Met een zucht laat ik me door hem mee terugnemen. Weg van Hadatta, het welvarende stadje waarin ik onopvallend en vrij kan rondlopen, verkleed als een stadsmeisje in plaats van de dochter van de Ká.

Terug naar het paleis, dat me zowel beschermt als verstikt.

Mara Li, Sintel en as, Dutch Venture Publishing, 280 pagina’s (€ 18,95)

Deze recensie verscheen eerder in de Boekenkrant, editie januari 2023.
Benieuwd geworden? Bestel dit boek bij uw lokale Boekenkrant-boekhandel. Kijk hier voor een overzicht.

Berichten gemaakt 5308

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven