Wanneer Prof Culpepper aan de klas vraagt of ze haar nieuwe VR Minecraft Project willen testen, komen ze in de problemen en is Ash de enige persoon die ze kan helpen! Survival + ongeteste VR-bril = waarschijnlijk wel veilig… toch?
“Dit keer,” beloofde Prof, “heb ik iets heel bijzonders.” Ze hield een bril omhoog.
Harpers mond viel open. “Is dat… een VR-bril?”
Prof glimlachte. “Dat klopt! Door Virtual Reality lijken digitale ruimtes echt. Meestal wordt de techniek gebruikt voor videogames. Maar ik denk dat we binnenkort ook kunnen winkelen in virtuele winkelcentra. Misschien dat we dan zelfs virtueel naar school gaan.”
Po hapte naar adem. “Maar zonder school… zouden er geen Taco Dinsdagen meer zijn.”
Jodi klopte hem op de schouder. “Er zouden virtuele Taco Dinsdagen kunnen zijn.
“Maar dat zou niet hetzelfde zijn,” zei hij treurig, terwijl hij deed alsof hij een traan wegveegde.
Prof schraapte haar keel om hun aandacht te trekken.
“Ik heb enkele verbeteringen aangebracht aan de standaard VR-bril. Denk ik. Maar ik heb vrijwilligers nodig om ze te testen.”
“Even voor de goede orde,” zei Morgan. “Je wilt dat we hier nablijven om videogames te spelen? Ik heb het gevoel dat ik droom, al ruik ik nog steeds de azijn in mijn kleren.”
Prof gaf ze ieder een bril. Ze waren zwaarder dan ze eruitzagen. Er staken draden uit en ze waren bedekt met vreemde, gloeiende blauwe symbolen.
“Wat betekenen die symbolen?” vroeg Harper.
“Dat is slechts versiering,” zei Prof.
“Zou dit bij Minecraft werken?” vroeg Po.
“Een geweldig idee,” zei Prof. “Jullie zijn allemaal zo bekend met dat spel, dat het jullie meteen zou opvallen als er iets anders is. Het zou jullie zeker opvallen als de bril de game op de één of andere manier veranderde. Geef me even een momentje om het netwerk op te zetten, zodat jullie allemaal op dezelfde server zitten.”
Po keek met ontzag toe terwijl Prof een computertoren op de tafel in het midden van het lab tilde. Het leek alsof hij uit een stuk of tien computers was opgebouwd. Omdat de verschillende onderdelen niet perfect op elkaar pasten, zag je hier en daar het binnenwerk van de computer. Po zag een moederbord, een enorme warboel van draden en meer geheugenkaarten dan hij ooit bij elkaar had gezien.
“Het monster van Frankenstein, maar dan als computer” zei Po.
“Hij is prachtig,” voegde Harper toe. “Op wat voor processor loopt dat ding?”
“Ik moest mijn eigen processor bouwen,” zei Prof met een knipoog. “Help je me even?”
Terwijl Harper zich aan de in elkaar gepuzzelde computer bleef vergapen, zette Po zijn bril op zijn voorhoofd. Opgewonden verheugde hij zich op wat ging komen.
De computer werd opgestart. Meerdere ventilatoren begonnen te zoemen. Prof tikte een paar commando’s in op een toetsenbord. “Dat zou moeten werken,” zei ze. Daarna, op een toon die Po op een vreemde manier serieus vond klinken: “Succes, kinderen.”
Morgan wendde zich tot de anderen. “Survival of Creative?” vroeg hij.
Jodi zei “Creative”, maar zowel Po als Harper stemde op Survival.
“Dan wordt het dus Survival,” zei Morgan. “Bril op, allemaal.”
Po’s mond was droog geworden. Hij likte zijn lippen en liet de bril over zijn ogen glijden. In plaats van het computerlab zag hij nu een vertrouwd spelmenu. Hij had het honderden keren eerder gezien, maar nu nam het zijn hele gezichtsveld in beslag.
Morgan koos de Survival-modus. Er was een lichtflits.
Po sloot zijn ogen. Toen hij ze weer opendeed, stokte de adem in zijn keel.
Boekgegevens
Nick Eliopulos en Luke Flowers, Minecraft – In de game, vertaling: Jurjen Tiersma, Uitgeverij MEIS & MAAS, 146 pagina’s (€ 14,99) www.meisenmaas.nl