BOEKFRAGMENT – De wegen van de wereld

Het leven van een reiziger is iets onvoorspelbaars. In twee weken leg je vijftienhonderd kilometer af: heel Anatolië in één ruk. Op een avond, het is al donker, kom je aan in een stad waar je wordt verwelkomd door ranke zuilenbalkonnetjes en een stuk of wat kouwelijke kalkoenen. Je drinkt een glaasje met twee soldaten, een schoolmeester, een staatloze arts die Duits spreekt. Je gaapt, je rekt je uit, je valt in slaap. De sneeuw die ’s nachts valt, bedekt daken, dempt kreten, blokkeert wegen… en je blijft zomaar een halfjaar in Tabriz, in de provincie Azerbeidzjan.
(…)
De weg voert eerst door smaragdgroene dalen, dorpen met rieten daken en paradijzen van olijfbomen en hazelaars die zich uitstrekken achter de stad. Dan leidt hij door een licht glooiende vallei, omzoomd door geronde, blauwe bergen. Aan het eind van die vallei voeren de eerste hellingen van de pas door wouden van reusachtige beuken, waarvan het vergeelde gebladerte losbarstte als een fanfare op twintig meter boven ons hoofd. Het onderhout zag rood van de wilde aardbeien, maar we durfden niet te stoppen, beducht dat we niet meer tegen de helling op zouden kunnen komen. We namen de hele pas in de eerste versnelling, stonden op de treeplanken, klaar om te springen. De avond viel toen we de boomgrens passeerden. Onder ons, in uitgestrekte grazige dalen, zagen we kuddes grazen rond zwarte tenten en afgezadelde kamelen in ruste tussen de vuren van de kampen.
(…)
Bij mijn terugkeer kwamen veel mensen die thuis waren gebleven, me vertellen dat ze met een beetje fantasie en concentratie net zulke verre reizen maakten, terwijl ze met hun luie kont op hun stoel bleven zitten. Ik geloof ze graag. Dat zijn de sterken van geest. En dat ben ik niet. Ik heb het concrete houvast nodig dat de fysieke verplaatsing voor mij is. Gelukkig maar trouwens dat de wereld ook plaats biedt aan de zwakken, en als die wereld – zoals op sommige avonden langs de weg naar Macedonië – bestaat uit de maan aan je linker- en de zilveren loop van de Morava aan je rechterhand, met het vooruitzicht om achter de horizon op zoek te gaan naar een dorp waar we de volgende drie weken door zullen brengen, dan ben ik blij dat ik er niet buiten kan.
Nicolas Bouvier, De wegen van de wereld, Uitgeverij Bas Lubberhuizen, ISBN 978 90 5937 216 0 (€ 29,50)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven