Muziek in mijn lijf

Op vraag van violiste Janine Jansen bewerkte Bart Moeyaert L’Histoire du soldat voor een eenmalige voorstelling. Iemands lief werd een persoonlijke bewerking waar Moeyaert zijn ziel in legde. De tekst verscheen met krachtige illustraties van Korneel Detailleur.

‘Ik had niet het plan om van Iemands lief een boek te maken. De voorstelling was eenmalig, wie erbij was, had geluk. Maar  mensen die erbij waren, wilden het herlezen en zij die er niet bij waren, bleven er ook naar vragen.’

Om bij die voorstelling te beginnen: hoe kwam Janine Jansen bij jou terecht?
‘Daar heb ik nooit duidelijk gevraagd. Ze is naar De Schepping en Het Paradijs komen kijken. Van haar kant was het een verzoek: jij bent het. Eerst werd ik gevraagd voor iets groters, maar dat voelde niet goed. Het tweede voorstel, L’Histoire du soldat, vond ik pittiger. Ik ben erop ingegaan omwille van de rocktempel waar het zou plaatsvinden, waar anders nooit klassieke muziek klinkt. Daarnaast zou het een éénmalige voorstelling zijn. Het trok mij aan dat L’Histoire du soldat in oorsprong klei is: acht muzikanten en een verteller. Ik had in mijn hoofd zin in iets groots, maar als ik mijn hart liet spreken, koos ik voor iets kleins.’

Was je blij met haar keuze van verhaal?
‘Ik zou liegen als ik zou zeggen dat ik dolenthousiast was om L’Histoire eindelijk te kunnen aanpakken. Samengevat gaat het over een soldaat die terugkomt van de oorlog en zijn ziel verkoopt – het Faustverhaal. Dat is niet wat mij omver blies, al dacht ik wel dat ik daar iets eigens van kon maken. De ingang kwam met de muziek en de vertelmanier: in de oorspronkelijke versie is er een danseres, een verteller die alles weet en andere personages – oneerbiedig gezegd een poppentheater. Vroeger was ik al bezig met theatertjes: zelf knippen, plakken, poppenkaststukken maken en operastukken naspelen.’

[quote]Luisteren en schrijven werkt bij mij niet. Maar de muziek te horen, horen en horen, dat hielp.[/quote]

Hoe ga je te werk bij een bewerking van een klassiek verhaal?
‘Ik heb zeven versies vergeleken en koos de versie met Jeremy Irons als verteller. Schrijven begon daarna eenvoudig. De soldaat komt uit de oorlog. In mijn versie stapt hij langs een veldweg – één die ik ken, die niemand anders hoeft te kennen. Door het feit dat dat concreet was in mijn hoofd werd het meer. Het zou uit drie delen bestaan met als titel een goede raad die nergens op slaat. In wezen gaat het verhaal daarover: alle raad die de soldaat krijgt, dient nergens voor, want je weet dat hij verloren is. Ik probeerde de toon te vinden, wat het langst zoeken is. Omdat de tekst voor een podium was bedoeld, kreeg alles een bepaald ritme. Daarom kwamen plotseling de afgebroken regels er ook. Die laten het
vertelritme zien.’

Er zit veel ritme in, schreef je op de muziek – anders werk je altijd in stilte?
‘Luisteren en schrijven werkt bij mij niet. Maar de muziek te horen, horen en horen, dat hielp. Plotseling zat de muziek dan in mijn lijf. Ik heb ook de partituur gekocht en daarop de momenten aangeduid wanneer de tekst samenvalt met de muziek. Dat is het meeste puzzelwerk en hondsmoeilijk als je geen muziek gestudeerd hebt. Maar ik was er gerust in dat het altijd kan kloppen, ook als het botst.’

Hoeveel vrijheid kreeg je van Janine Jansen?
‘Op het einde kwam alles samen. Vlak voor de uitvoering ging ik naar Utrecht, waar ik tot het laatst aan de tekst sleutelde. Er waren vier korte repetitiemomenten, want Janine moest tijd sprokkelen. Ze trad meerdere keren per dag op tijdens haar Kamermuziekfestival. Dat is voor haar heftig, maar er was veel vertrouwen. Met de uitvoering is het pas echt helemaal samengekomen.’

[quote]Wat klein is in mijn hoofd, wordt soms groter bij anderen.[/quote]

Het boek bevat onverwacht toch humor. Hoe is die er ingeslopen?
‘Een soldaat die uit de oorlog komt en nooit zijn geliefde zal terugzien, dat is ernst. Het drama ligt op de loer, dus zou het niet werken als je het verhaal bloedernstig, kurkdroog zou vertellen. Ik ben ver van de dubbele tragiek af gebleven. Er kwam een stem in te zitten die meer weet dan iedereen, die knipoogt. Die stem sloop er vanzelf in. Ik zie de humor dus niet. Ik zit niet aan mijn bureau en denk: schaterlach, schaterlach. Je voelt dat er een kleine glimlach zit, maar toen de mensen lachten bij de uitvoering dacht ik: ja, wat klein is in mijn hoofd, wordt soms groter bij anderen. Dat is het cadeau van de tekst.’

Pas nadien ging je beseffen wat achter het verhaal schuilt: jouw strijd als stadsdichter van Antwerpen. In welke zin heeft het jou veranderd?
‘Voor het stadsdichterschap stond ik opener in de wereld: de wereld is groot en er komt van alles op mij af. Ik was naïef – maar zoek een mooier woord – en ben nu meer gegrond. Dat wil ook zeggen dat ik me minder snel laat verbazen. Dat mis ik. Ik vind het een gezondere houding, maar tegelijk ook jammer. Door Iemands lief ben ik weer veel gaan inzien, dat had ik niet verwacht. We moeten dit gesprek misschien nog eens voeren binnen een jaar of drie.’

Iemands lief wordt hernomen op 11 en 12 november in Amuz, met Moeyaert als verteller en Il Gardellino staat in voor de muziek. In het najaar verschijnt naar aanleiding van zijn dertig jaar schrijverschap een groot Moeyaert-verzamelboek bij Querido: Jij en ik en alle andere kinderen. De Antwerpse bibliotheek Permeke start in september met ‘Het jaar van Bart Moeyaert’.

Iemands lief

Boekgegevens

Bart Moeyaert, Iemands lief, Uitgeverij Querido, ISBN 978 90 214 4689 9 (€ 22,50)

Fotografie: Diego Franssens

Berichten gemaakt 867

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven