Weinreb was bij leven al het middelpunt van een heftige controverse. Eind jaren zestig ontstond rond zijn persoon een polemiek tussen enerzijds Renate Rubintein en Aad Nuis, en anderzijds W.F. Hermans. Weinreb stond bekend als een Joodse verzetsheld, maar W.F. Hermans toonde in felle essays aan dat hij een perfide oplichter was. Vele intellectuelen (waaronder Rubinstein en Nuis) bleven Weinrebs kant kiezen, en het kostte Hermans veel moeite en energie om zijn gelijk aan te tonen.
Weinreb overleed in 1988, maar zorgt dus ook postuum voor ophef. Twee van zijn kinderen zijn tegen een gemoderniseerde uitgave van twee boeken, De Bijbel als schepping en Ik die verborgen ben. Ze spanden een kort geding aan om publicatie tegen te houden, onder meer omdat ze meenden dat Skandalon de rechten niet bezat.
Volgens de rechter was het echter ‘aannemelijk’ dat dit wel het geval was en stelde de uitgeverij in het gelijk. De kinderen gaan in hoger beroep.
Bron: Boekblad.
