‘Zwanen zijn bekend om hun monogamie en volledige toewijding aan elkaar. Als ze hun hele leven bij dezelfde partner blijven, moeten meer factoren een rol spelen dan alleen de voortplanting. Simon Vinkenoog en Edith Ringnalda zijn een menselijk voorbeeld van deze zwanenliefde.’
Een van de opmerkelijkste bevindingen van Liefde is dat het een nogal egocentrische aangelegenheid betreft…
‘Liefde geef je en liefde neem je. En het geven van liefde versterkt het nemen ervan. Je hersenen bloeien op en worden actiever. Je maakt nieuwe stoffen aan, bent creatiever. Nieuwe verbindingen ontstaan, je kunt beter waarnemen. Je leert bijzonder te zijn, omdat je de ander voor je wilt winnen, en zo verrijk je je eigen identiteit. Je onderneemt allerlei nieuwe dingen. En liefde is een krachtig middel tegen stress. Liefde is dus uitermate goed voor je.’
Liefde is goed voor je. Altijd?
‘Nee, want mensen kunnen verslaafd raken aan liefde. Vaak gebeurt dit met personen, mannen en vrouwen, die trauma’s achter de rug hebben en een intense maar getroebleerde relatie met bijvoorbeeld vader of moeder. Ze blijven hunkeren naar de sterke aanwezigheid van een ander. En ondanks de trauma’s zoeken ze zelfs iemand met dezelfde eigenschappen als de ouders.’
Tegenwoordig sneuvelt een op de drie huwelijken. Hoe kan dat?
‘Vergeet niet dat mensen nu veel ouder worden dan enkele eeuwen geleden. Het huwelijk was gebaseerd op de duur van enkele decennia, gezien de levensverwachting had een van de twee gerede kans om relatief jong te sterven. Daarnaast zijn de mogelijkheden om uit elkaar te gaan nu veel laagdrempeliger dan toen. Het feit dat nu twee op de drie huwelijken vele jaren, tot soms langer dan vijftig jaar, standhouden, is eigenlijk veel opzienbarender.’
Heeft de liefde zich maatschappelijk ontwikkeld?
‘Liefde was, zeker in de hogere klassen, lange tijd een bepaalde strategie, die was gebaseerd op het behoud van macht en geld. Lang niet alle huwelijken waren goed, maar als er weinig geld was, kon men eenvoudig niet scheiden. Tot de achttiende eeuw was het om uiteenlopende redenen sociaal geaccepteerd om naast je vrouw een maîtresse te hebben.’
De hogere klassen speelden dus een belangrijke rol voor de inhoud van het begrip liefde?
‘Die klassen waren in alles een voorbeeld voor de mensen, en ook in liefde en relaties. De dokter, burgermeester en notaris waren bij wijze van spreken de enigen die het zich financieel konden permitteren een levenslange, stabiele relatie met een vrouw op te bouwen. Dat werd daarna het maatschappelijke voorbeeld voor iedereen, zodra die dat konden betalen.’
Waarom gaan sommige mensen, zelfs in langdurige, succesvolle relaties, toch uit elkaar?
‘Mensen vallen bij de ander op karaktereigenschappen die ze zelf graag willen hebben. Ook dat is een vorm van geluk nastreven. In een langdurige relatie zie je dat mensen steeds meer op elkaar gaan lijken. Maar dat kan het nastreven van geluk ook uitblussen: de partners kunnen zo sterk op elkaar gaan lijken, dat ze zichzelf niet meer verrijken met de relatie. Ze raken letterlijk op elkaar uitgekeken. Voor je eigen karakter is het beste wat je dan kan doen: uit elkaar gaan en een nieuwe liefde zoeken die je weer verrijkt.’
Mark Mieras, Liefde, Uitgeverij Nieuw Amsterdam, ISBN 978 90 468 0743 9 (€ 18,95)
Over de schrijver
Mark Mieras is wetenschapsjournalist. Artikelen van zijn hand verschenen onder meer in de Volkskrant, NRC Handelsblad, Psychologie Magazine, Intermediair en Avenue. Hij werkt mee aan het radioprogramma OBA Live.