BOEKFRAGMENT – ‘Sjaco’ van Conny Braam – spannende roman over de eerste echte volksheld van Nederland

Het bleek onmogelijk de achterkant van het stadhuis te naderen. Een grote menigte sloot de Nieuwezijds Voorburgwal af. Ik zag nog net hoe de dienders te paard met knallende zweep een vrije doorgang eisten opdat de gevangenwagen passeren kon. Maar achter de escorte sloot de massa zich
weer. We kwamen muurvast te zitten. Plotseling doken aan weerszijden voor de portieren kwaadaardige tronies op.
Vele handen duwden tegen het rijtuig dat vervaarlijk begon te schommelen. Het paard hinnikte benauwd en rukte aan de leidsels. Bertus brulde dat ze moesten opdonderen en ook hij gebruikte zijn zweep. ‘We kunnen beter te voet gaan,
meneer!’ schreeuwde hij en hij manoeuvreerde het rijtuig
naar een plek in de luwte van het gedrang.
Een opgeschoten jongen kreeg wat penningen toegestopt om
het nerveuze paard bij de halster in toom te houden.

Waakzaam om me heen loerend klom ik naar buiten en greep me vast aan het achterpand van Bertus’ jas. De razernij was echter niet tegen mijn persoon gericht maar tegen het rijtuig, zo kostbaar dat alleen een notabele zich er een
kon permitteren. Bertus wrong zich, met zijn gespierde lichaam en zijn loensende blik die geen geintjes verdroeg, door het samengeschoolde volk. We naderden het stadhuis al
toen hij gnuivend met een drukwerkje zwaaide dat hij uit
een opgestoken hand had gerukt. Hij stak het me over
zijn schouder toe. ‘Ze komen Sjaco verwelkomen!’ brulde Bertus boven de herrie uit en hij legde zijn hoofd luid
lachend in de nek. Hij maakte nu zo’n vaart dat we tegelijk
met de gevangenwagen de achterdeur van het stadhuis bereikten. Voor de deur was het een waar pandemonium.
Soldaten en Engelbregts dienders dwongen met wapenstokken en
blote sabels de opdringende meute naar achteren. Uit de stuwing stegen briesende kreten op. Hier en daar vloog
rot fruit door de lucht. Toen zag ik hem. Met geheven kin,
de armen kruiselings over elkaar in de wijde mouwen gestoken, stond hoofdofficier Ferdinand van Collen te wachten. Je moest vertrouwd met hem zijn om de verbetenheid in de trek rond zijn mond te herkennen. Wat hij zo gevreesd had speelde zich voor zijn ogen af. Er was niets wat hij kon doen, anders dan het inzetten van nog meer bruut geweld, wat slechts de haat zou voeden. De gevangenwagen werd aan de achterkant geopend en de hoofdofficier kwam
bijna onmerkbaar een paar stappen dichterbij. Met rammelende kettingen sprong Sjaco naar buiten. Zijn blik vestigde zich direct op Van Collen. Ze keken elkaar strak
aan. Nu verscheen er een brede lach rond Sjaco’s mond. Zijn
tanden glommen en in zijn wangen verschenen kuiltjes. Onverwachts draaide hij een halve slag en stak zijn geketende armen omhoog. Het oorverdovend gejuich van de
menigte golfde door straten en langs grachten. Het kaatste
terug tegen huizen en kerken om verder te rollen tot in de
verste uithoeken van de stad en mogelijk zelfs daarbuiten.
Zo stelde ik me de triomfantelijke overwinningskreet van
een leger voor. Van Collen vertrok geen spier. Twee dienders grepen Sjaco en wilden hem naar binnen dwingen.
Onverwachts verzette hij zich hevig. In zijn ogen glom herkenning. Stralend keek hij mijn kant uit.


conny braam, sjaco, bErtram + DE lEEuw uitgEvErs, isbn 978 94 615 6090 2 (€ 18,95)

Dit artikel is eerder verschenen in de Boekenkrant editie
van december 2012.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Gerelateerde berichten

Type je zoekwoorden hierboven en druk op Enter om te zoeken. Druk ESC om te annuleren.

Terug naar boven