Antons herinneringen beginnen als hij tien jaar oud is en zijn vader briesend boven de krant scheldt op de communisten die de spanningen in Berlijn op scherp zetten. Het is 1949, de Koude Oorlog is begonnen. Even later haalt het gezin van Anton de Duitse Rosemarie in huis. Ze is verzwakt door de oorlog en komt bij hen op krachten. Anton raakt langzaam maar zeker geïntrigeerd door haar. Natuurlijk omdat ze uit het buitenland komt – voor de jonge Anton is dat op zichzelf al iets bijzonders. Maar Rosemarie heeft iets raadselachtigs om zich heen hangen wat hem als aas aantrekt.
Show don’t tell?
Interessant is de tweeledige manier waarmee Lieske de kinderwereld van Anton vormgeeft: korte, droge, relatief eenvoudige zinnen waar hij de buitenwereld of Antons ouders beschrijft, en lange zinnen met bijzinnen, van de hak op de tak, voor Antons innerlijke wereld en beleving. Lieske laat in korte zinnen boven elk hoofdstuk weten wat er gaat gebeuren, als een oud verhalenboek. Een opvallende keuze, show don’t tell is intussen immers een wijdverbreide schrijfwet geworden, maar het stoort niet dat Lieske dit opzichtig negeert.
Heden en verleden
De wisselwerking tussen Antons heden en verleden, en vooral het fundamentele verschil tussen vermeende herinnering en daadwerkelijke gebeurtenissen, roepen intrigerende vragen op en misschien zijn, behalve Antons groeiende fascinatie voor Rosemarie, juist die vragen wel de grootste kracht van Alles kantelt.
Tomas Lieske, Alles kantelt, Uitgeverij Querido, ISBN 978 90 214 3886 3 (€ 18,95)