Stoptrein
Als een boek dat me helemaal omverblies een debuut blijkt te zijn, ben ik altijd extra onder de indruk. De meeste schrijvers hebben pas na een paar boeken hun ‘stem’ goed te pakken, maar enkelen hebben die al meteen in de vingers. Van de vele boeken die ik de afgelopen jaren heb gelezen, zijn het dan ook twee debuten die me nog het meest bijstaan: De hemel is altijd paars van Sholeh Rezazadeh (wat een mooie, lichtvoetige stijl!) en Een opsomming van tekortkomingen van Ine Boermans (zó scherp geschreven). Daarom was ik blij om gevraagd te worden voor de vakjury van de Hebban Debuutprijs 2023.
In anderhalve maand tijd moet ik daarvoor de vijf genomineerde boeken uitlezen. Dat is even flink aanpoten, maar met een vakantie voor de boeg moet dat wel lukken. Afgelopen donderdag heb ik alvast het eerste debuut uitgelezen – ik mag nog niet verklappen welke –, toen ik in de trein zat naar Leeuwarden. Een twee uur durende reis vanuit Utrecht, die nog eens een uur langer werd doordat ik een verkeerde overstap maakte op Zwolle en in Groningen belandde. Ik geef het boek de schuld – pas bij het eindstation keek ik op van mijn e-reader en besefte ik dat ik niet in Leeuwarden was aangekomen. Gelukkig had ik vervolgens in de stoptrein die door het Groningse en Friese platteland tufte alle tijd om de roman uit te lezen. Zal ik het voorval in mijn juryrapport laten meewegen?
Mirjam Mulder
Hoofdredacteur Boekenkrant
mirjam@boekenkrant.com