‘Schrijven vergt het uiterste van jezelf. Voor een verhaal dat je móet delen, leg je de lat enorm hoog: je allerbeste boek moet eruit komen. Om dat te realiseren, kon ik de omstandigheden maar beter aanpassen. In een drukke stad gaat dit me niet lukken, dacht ik. Dus vertrok ik naar het Zwitserse Bellwald om te schrijven. In dat gehucht heeft alleen het lokale toeristenbureau internet. In afwezigheid van websites en televisie heb ik middenin het berglandschap M. kunnen schrijven.’
Is schrijven voor jou wat beeldhouwen is voor Leah?
‘Leah ziet in de klomp graniet al het beeld tevoorschijn komen. Ze hoeft, zegt ze, alleen het overbodige graniet weg te slaan. Schrijven is eerder het omgekeerde: uit het niets komt een verhaal op papier.’
Is schrijven net zo confronterend voor jou als beeldhouwen voor Leah is?
‘Ik ben geen beeldhouwer, maar: ja, ik denk van wel. Leah en ik hebben gemeen dat we afstand tot onszelf bewaren. Dat is bij Leah een pijnlijke ontwikkeling. En we kunnen allebei onmogelijk in huilen uitbarsten. Leah staat niet in contact met zichzelf. Ik vond het niet leuk om over haar te schrijven, maar ze vertelt het verhaal dat er bij mij uit moest. Het klinkt allemaal wat zwaar, misschien. Maar er zijn geen mensen waar niets mee aan de hand is.’
Gaat M. wezenlijk over Shira Keller?
‘Natuurlijk staat mijn handtekening in het boek, en in het hoofdpersonage. Dat kan niet anders. Kijk, zoals veel mensen heb ik geen antwoorden op levensvragen. Dat frustreert mij. Ik ga daar mee om door te schrijven: dat levert mij de illusie van een antwoord, de schijn dat alles even klopt. In het feit dat het boek hier ligt, zegt dit boek al heel veel over mij.’
Wat me aan het boek opvalt, is de sterke verhaaltrant. Is dat voor jou een poëtisch vehikel om een prozaïsch verhaal te vertellen?
‘Dat mag jij beoordelen.’
Laat ik het anders zeggen: je stijl is opvallend beeldend en bevat heel weinig beschrijvingen en overpeinzingen, zeker voor een debutant.
‘Het scheelt dat ik voor het toneel ben opgeleid. Show, don’t tell is een ijzeren wet in het theater, nog veel sterker dan in de literatuur. Daarbij houd ik niet van overbodige mededelingen en passieve passages. Mijn manuscript was vrij dun toen ik het instuurde, ik dacht eerder dat er nog tekst bij moest.’
Welke schrijver beïnvloedde je schrijfstijl?
‘Jeroen Brouwers is denk ik mijn grootste inspiratiebron. Hij is op een onbewust niveau met stijl bezig. Ik doe dat ook. Mijn stijl heeft verder niets met zijn stijl te maken, behalve dat het gevoelsmatig gestuurd is. Ik schrijf geen intellectueel uitgedachte filosofieën. Mijn proza moet mensen raken, hun wereld veranderen.’
Boekgegevens
Shira Keller, M., Uitgeverij Podium, ISBN 978 90 575 9513 4 (€ 16,50)