Categorie: Uncategorized

Bzzz gaat over insecten. Over kriebelende, krioelende kleine beestjes. Bijen, kevers, maden, mieren, wormen, spinnen en termieten. Met vleugels, pootjes, oogjes, haken, haren en sprieten. Ze verschuilen zich zelfs in het omslag. Druk en je hoort het zoemen van de mug, het brommen van de hommel en het raspen van de sprinkhaan.

Deze autobiografische roman begint wanneer ’s ochtends vroeg de telefoon overgaat in het huis waar Susanna Sonnenberg samen met haar man en twee zonen woont. Het is haar tante, om te vertellen dat Susanna’s moeder na een zwaar auto-ongeluk in coma ligt. Ze is in levensgevaar. Elke dochter zou in zo’n geval direct duizenden kilometers afleggen om naar haar moeder te gaan. Maar Susanna kan zich daar niet toe zetten. In deze memoires legt ze uit waarom niet.

“Lillian heeft geluk. Dat heeft haar vader haar gezegd. Hij zei dat slim goed was (en Lillian was slim, zei hij) en dat mooi nuttig was (en Lillian was mooi genoeg), maar geluk hebben was beter dan dat allemaal bij elkaar. Hij had gehoopt dat ze haar hele leven geluk zou hebben, zei hij, en dat had ze destijds ook gehad.”

Opnieuw een boek met FBI special agent Pendergast. In de afgelopen twee boeken uit de Pendergast-thrillers zat zijn boosaardige tweelingbroer hem steeds in de weg. Is deze man nu echt dood of ondervindt de held opnieuw problemen door hem?

Bzzz is een boek over insecten. Kruipende, krioelende, moordende en zzzoemende insecten. Het is een spannend boek met feiten, verhalen en mooie plaatjes. Daarnaast laat het ook de band zien tussen de mens en deze kleine diertjes. Wist je bijvoorbeeld waarom een sprinkhaan zo hoog kan springen en wij mensen niet?

Rascha Peper heeft een nieuwe roman geschreven. In Vingers van marsepein hebben twee kinderen, Bregtje en Benjamin, op hun eigen manier te maken met de preparaten van de anatoom Frederik Ruysch. Rascha: ‘Ruysch werkte door tot aan zijn dood. Hij leidde een waanzinnig werkzaam leven.’

Lexi staat te wachten op een taxi. Het regent, ze is chagrijnig en ze heeft haast. Eindelijk stopt er een. ‘Hier,’ roep ik, ‘ik kom er eraan, wacht even…’ Tot mijn consternatie zie ik een vent in pak beneden naar de taxi lopen. ‘Waag het niet… Argh! Aááárgh!’ Voordat ik het goed en wel besef, glibber ik over een natte tree. Ik buitel zo de treden af, als een kind van drie. De grond komt recht op me af, ik kan niets beginnen, dit gaat echt, écht pijn doen…”

Anna is tweeëntwintig als ze op de trein stapt naar Boedapest om bij Géza te zijn, de veel oudere Hongaarse man op wie ze verliefd is. Dat Géza getrouwd is kan haar niets schelen, net zo min als de Tweede Wereldoorlog die al twee jaar woedt.

De nieuwe roman van Nelleke Noordervliet draait om drie personen: Nora Damave, Guido Kaspers en hun dochter Franca.

Elke ochtend is het weer hetzelfde liedje. Nippertje moet naar school, maar hij wil eerst nog van alles doen. Altijd roept mama: ‘Opschieten, Nippertje! We moeten gaan.’ Nippertje wil eerst zijn auto’s nog opruimen, want als mama straks gaat stofzuigen zet ze alles verkeerd terug en kan hij weer opnieuw beginnen.