Wat vind je zelf het moeilijkst als autist?
‘Andermans perceptie is voor mij moeilijk om mee om te gaan. Veel mensen hebben ideeën over autisme die niet altijd stroken met de werkelijkheid. Enerzijds denken ze dat je niet normaal kunt functioneren, zoals bij het telefoneren of het uitoefenen van een beroep. Anderzijds moet je ze ervan overtuigen dat veel autisten geen “speciale gaven” hebben. Er zijn wel enkele wiskundegenieën onder de autisten, maar dit zijn veeleer uitzonderingen. Met dat stereotiepe beeld omgaan vind ik moeilijk.’
Craig, een van de personen in het boek, is speechschrijver, maar durft geen oogcontact te houden. Jij hebt geen probleem met spreken voor grote groepen?
‘Autisten leren beter communiceren door naar andere mensen te kijken, over hen te lezen of door ondervinding. Vroeger vond ik het erg moeilijk geïnterviewd te worden. Nu heb ik er geen probleem meer mee. Wel vind ik het nog steeds niet gemakkelijk om intieme gesprekken te voeren. Anderen kunnen zonder problemen over hun gevoelens vertellen, maar dat blijft voor mij lastig. Daarom is het voor mij prettig om mijn gedachten en gevoelens op te schrijven.’
Wat betekent taal voor je?
‘Engels is voor mij een moeilijke taal omdat verschillende woorden meerdere betekenissen kunnen hebben. Daarom praat ik in het Engels vaak erg formeel ook al word ik daarop bekritiseerd. Toch gebruik ik taal met plezier. Omdat taal voor mij niet logisch is, ben ik me erin gaan verdiepen en concentreer ik me er meer op, en heb ik, net als Craig, een betere relatie met taal dan de meeste mensen. Ook ben ik erg geïnteresseerd in de wortels van taal. Ik wil weten wat woorden betekenen en waarom ze die betekenis hebben.’
Wat wil je met je boek bereiken?
‘Autisme is iets dat je niet eenzijdig kunt zien. Er is veel geschreven over autistische kinderen, maar slechts weinig over autisme bij volwassenen. Mijn boek is niet gebaseerd op wetenschappelijke studies, maar gaat over specifieke personen. Ik wil met mijn boek graag aantonen dat het leven van een volwassen autist anders is dan dat van een kind. Je leert communiceren en omgaan met anderen, ook al heeft een deel van de autisten nog steeds moeilijkheden om in deze maatschappij goed te functioneren.’
Kijk je na het schrijven van je boek anders tegen autisme aan?
‘Zeker. Vóór de ontmoetingen met mijn vroegere klasgenoten las ik in medische boeken dat autisme nooit verdwijnt. Mijn verwachtingen om mijn vroegere klasgenoten te zien waren dan ook erg laag. Ik was aangenaam verrast dat ze een baan hadden, dat ze net als ik relaties en vriendschappen hadden en zich goed hebben kunnen aanpassen aan hun omgeving. Hun leven is meer gevuld dan ik had durven hopen. Mijn boek is dan ook optimistisch. Ook al loopt het voor bijvoorbeeld Elisabeth niet goed af, ik geloof sterk dat ook zij haar triomfen en geluk heeft gekend.’
Kanram Nazeer, Daar komen de gekken, Uitgeverij De Arbeiderspers, ISBN 9789029564670 (€ 18,95)